ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

1 Orthopedagogie - 1OM - Onderdelen - Ervaren, exploreren, communiceren (d2)/2
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: OM:Orthopedagogie
Code: 00057
Academiejaar: 2009-2010
Type: kernondersteunend
Niveau: inleidend
Programmajaar: 1
Periode binnen het modeltraject: Module 2
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 3
Totaal aantal contacturen: 28
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1
Examencontract: mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Adams Carl
Bosch Nele
De Wit Veerle
Dos Santos Santiago Artinizio
Moentjens Gwendy
Portael Veerle
Vanschel Myriam


 

KORTE OMSCHRIJVING

De groep is een wereld op zich waarbinnen vanalles leeft, waarbinnen eigen invloeden, normen en patronen evolueren. Hoe kan je daar inzicht in krijgen? Door specifieke groepsoefeningen ervaar je en exploreer je verschillende vormen van communicatie, relatiewijzen en rollen. Zo kan je jezelf veelzijdig ontplooien: in taakgerichte vergaderingen of creatieve expressie, in sportieve activiteiten of teambuilding: als deelnemer of als (bege-)leider. Ook op meer specifieke persoonsgerichte of technische vlakken kan je je in de expressievakken ontplooien. Elk domein binnen expressie nodigt je op heel eigen wijze uit, daagt je uit om het proces aan te gaan.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • OM101 Hanteert geleerde begrippenkaders actief in praktijksituaties. Analyseert praktijksituaties. Integreert de wisselwerking theorie / praktijk in zijn handelen.
  • OM103 Geeft zijn mogelijkheden, grenzen en beperkingen aan. Controleert voortgang en resultaten van het werkproces of project en stuurt bij waar nodig. Hanteert kritische zelfreflectie. Geeft op basis van die reflectie de eigen loopbaan permanent en actief vorm.
  • OM105 Analyseert een voor hem / haar nieuw (niet eerder behandeld) probleem. Relateert een probleem aan reeds gekende en opgeloste problemen. Brengt een creatieve oplossing tot stand. Vraagt gericht hulp bij eventuele moeilijkheden.
  • OM106 Neemt leidinggevend initiatief. Bewaakt groepsprocessen en coacht. Helpt met de uitvoering en evaluatie van kwaliteitszorg binnen de organisatie. Voert beheerstaken uit waarvoor hij verantwoordelijk is op financieel en administratief gebied, op gebied van personeelsplanning en dienstverlening.
  • OM107 Verduidelijkt en schrijft ideeën, meningen en informatie in begrijpelijke en correcte taal neer. Presenteert ideeën en feiten op heldere wijze. Maakt gebruik van juiste communicatiemiddelen.
  • OM108 Gaat in alle contexten van het functioneren de nodige kennis en competenties verwerven om de professionele, sociale en culturele taken in een snel veranderde samenleving beter aan te kunnen. Reflecteert kritisch op het eigen functioneren. Formuleert leerpunten en tracht deze weg te werken door zelfstudie en deskundigheidsontwikkeling.
  • OM109 Is zich bewust van de eigen cultuur als basis voor kennismaking met andere culturen. Gaat op een professionele wijze om met cultuurverschillen. Heeft de startbekwaamheid om zich te integreren in een internationale omgeving.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • OM210 Respecteert de inbreng van anderen. Werkt op een coöperatieve manier samen, motiveert en coacht. Is groepsgericht ingesteld. Hanteert sociaalagogische en communicatieve vaardigheden. Neemt verantwoordelijkheid op. Werkt als vertegenwoordiger van de eigen organisatie op een constructieve en respectvolle wijze samen in diverse beroepsomgevingen.
  • OM211 Bepaalt eerst de hoofdlijnen en detailleert later. Ziet informatietekort, zoekt naar aanvullende informatie. Analyseert een taak of werkproces. Beschikt over methoden om complexe problemen aan te pakken en de oplossing te evalueren. Komt door verder onderzoek tot oplossingen en hanteert hiertoe relevante kennis en (theoretische) inzichten.
Beroepsspecifieke competenties
  • OM316 Bouwt op een professionele manier een begeleidingsrelatie uit in samenspraak met de cliënt / het cliëntsysteem en alle betrokkenen. Maakt in de hulp- en dienstverlening keuzes van in te zetten methoden en middelen. Onderbouwt deze keuzes vanuit theoretische, orthoagogische en ethische kaders.
  • OM317 Brengt een klimaat tot stand waarin cliënten met een ondersteuningsbehoefte optimale ontwikkelings- en ontplooiingskansen krijgen. Bevordert en onderhoudt de cognitieve, emotionele, sociale en motorische ontwikkeling.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student kan culturele, sportieve, sociale, creatieve en / of ontspanningsactiviteiten aangaan als middel tot procesgericht leren. Hij / zij kan eveneens toepassingen bedenken of aanbieden binnen de eigen leersituaties en de eigen leeromgeving.
  • De student is in staat verantwoordelijkheid te nemen voor zijn eigen veiligheid, voor de veiligheid van medestudenten en voor het respecteren van materiaal en omgeving.
  • De student is in staat om door middel van lichaamstaal op respectvolle manier contact te nemen, grenzen aan te geven, zichzelf en zijn emoties tot expressie te brengen, flexibele interacties aan te gaan, om te gaan met verschillen en tegenstellingen en het geleerde te integreren in het dagelijks leven.
  • De student is bekwaam om :        
    • Het gebeuren met medestudenten en lectoren (of de leersituatie), als middel te gebruiken om zijn krachten optimaal te benutten en zijn leerproces aan te gaan (handelen).
    • Het effect van zijn handelen op andere personen binnen de leersituatie waar te nemen en te communiceren.  
    • Het effect van zijn identiteit en zijn context op zijn handelen waar te nemen en te communiceren.  
    • Feedback met betrekking tot zijn handelen te horen, te (h)erkennen en kritisch constructief te hanteren (evalueren).
  • De student kan op een adequate manier feedback geven en krijgen, in een 1-1-relatie en in groep:   
    • De student heeft zicht op de oorzaken van falende feedback.  
    • De student kent de verschillende aspecten die meespelen in opbouwende en afbrekende feedback.   
    • De student is van hieruit in staat om op een opbouwende manier feedback te formuleren.  
    • De student is in staat om feedback te ontvangen en kan navraag doen om de ontvangen.
    • De student is in staat om in functie van de situatie en de persoon feedback te optimaliseren.
  • De student kan weergeven wat de taken zijn van de voorzitter, de notulist en van de andere deelnemers tijdens een vergadering.
  • De student kan deze taken tijdens een vergadering in zijn handelen integreren en tevens waarnemen in welke mate alle taken door de vergadering worden opgenomen.
  • De student kan een vergadering praktisch organiseren en gebruik maken van methodieken om een vergadering te optimaliseren.
  • De student kan kritisch reflecteren over zijn eigen handelen en het handelen van anderen in het kader van de vergadering.
  • De student heeft inzicht in groepsprocessen en -patronen en kan deze inzichten hanteren in een bestaande groep.
  • De student heeft inzicht in de ontwikkeling van groepscohesie en het ontstaan van groepspatronen en kan  deze inzichten hanteren in een bestaande groep.
  • De student heeft inzicht in rollenpatronen, machts- en invloedsstucturen en kan deze inzichten hanteren in een bestaande groep.
  • De student is bekwaam om groepsprocessen en -patronen in een groep te herkennen, te observeren en hierover te rapporteren:  
    • De student heeft zicht op groepsdoelen en individuele motivaties in een groep. 
    • De student heeft zicht op de groepscohesie, groepsnormen, rolstructuren, machtsstructuren en communicatiestructuren.
  • De student kan digitaal tekst aanmaken via een tekstverwerkingsprogramma.
  • De student kan zelfstandig informatie opzoeken via internet, bibliotheek en cursusmateriaal en deze informatie verwerken, met correcte bronverwijzingen.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

geen


Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
‘ervaren, exploreren en communiceren’ (deel 1)
Andere begincompetenties
geen
LEERINHOUDEN

1. binnen MANUELE EXPRESSIE, LICHAAMSEXPRESSIE, SPORT EN SPEL wordt ortho(ped)agogisch gewerkt rond volgende thema's :

  • specifieke basiskennis voor elk domein van 'expressie': technisch en methodisch
  • het maken van contact, veiligheid en vertrouwen 
  • de leefwereld van zichzelf en anderen verkennen en erkennen 
  • werken rond ruimte en grenzen
  • werken rond expressie van emoties
  • werken rond fantasie en improvisatie
  • creativiteit in actie en interactie
  • creatief samenwerken in groep
  • creatieve en sportieve activiteiten ontwikkelen voor specifieke leeftijd en doelgroep

2.  binnen COMMUNICATIE  wordt specifiek gewerkt rond volgende thema's:

  • GROEPSPROCESSEN EN -PATRONEN, SOCIAAL-PSYCHOLOGISCH BENADERD
    • aandrijvende krachten binnen groep
    • richtinggevende invloeden binnen groep
    • basistendenties binnen groep
    • groepscohesie: de positieve en negatieve cirkelgang inzake groepscohesie
    • groepsnormen binnen groep
    • rollenpatronen binnen groep
    • communicatiestructuur binnen groepen
    • machts-of invloedstructuur binnen groep
  • DE VERGADERING

STUDIEMATERIAAL
  • Plantijn-syllabus "Ervaren, Exploreren en Communiceren" . Antwerpen: Universitas.    _              Carl Adams,  Greet Demesmaeker, Karen Desloovere, Veerle De Wit, Kristel Eraets, Gwendy Moentjens, Veerle Portael, Myriam Vanschel, Wim Van Tongel, Lieve Walravens ... 
    • deel A : Communicatie
    • deel B : Verbindingstekst Ervaren Exploreren en Communiceren
    • deel C : Manuele expressie en video
    • deel D : Lichaamsexpressie
    • deel E : Sport en Spel

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

0

 lesuren

  00,00

practicum en oefeningen:

28

 lesuren

  35,90

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

50

 klokuren

  64,10

Verdere toelichting:
  • Practicum en oefeningen : individueel en in groep

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Deel A Communicatie :
    • Permanente evaluatie op 2/20 punten. (Permanente evaluatie tijdens de lessen: positieve aawezigheid in de les, participatie tijdens de les, houding van de student: correct kunnen omgaan met medestudenten, kunnen samenwerken in groep, correct gebruik kunnen maken van materialen,  duidelijke evolutie in "individueel communicatieproces", feedback van lector en medestudenten hanteren in het optimaliseren van het eigen leerproces  / Permanente evaluatie via taken: de student is in staat om de taken correct uit te voeren en in te leveren op de afgesproken data. 
    • Groepspunt van maximum 4/20 punten (op basis van een groepsverslag)  Dit groepsverslag bevat alle verslagen van de vergaderingen tijdens de oefengroep en het opzet van de groepsactiviteit ter bevordering van de groepscohesie in een fictieve groep.
    • Individueel punt van maximum 6/20 punten (op basis van een theoretisch reflectieverslag over de groepsprocessen in de eigen vergadergroep en het eigen aandeel daarin).
  • Deel C, D, E : (re)Creatieve en expressieve activiteiten
    • Permanente evaluatie t.a.v. leerinhouden mbt expressieve, sportieve en recreatieve vaardigheden: 4/20 punten.
    • Toepassingstaak : specifiek voor de expressievorm van deze module : 4/20 punten.
  • Voor schriftelijke rapportage kan er tot 20% van het totaal aantal punten worden afgetrokken voor taal en vorm. Dit geldt niet voor de schriftelijke examens.

tijd voor examinering
uren
0

%
 
 00,00

Tweede examenperiode
  • Voor deel A : Communicatie :
    • De punten die behaald zijn in de eerste examenperiode voor de permanente evaluatie blijven behouden voor de helft van de punten. Voor de andere helft worden vervangopdrachten voorzien: 
    • 1 vervangopdracht op 1 punt
    • 1 herwerkt individueel reflectieverslag op 6 punten op basis van de feedback die gegeven is door de oefengroepbegeleider.
    • Groepspunt van maximum 4 punten blijft behouden
  • Voor deel C, D en E : expressievakken : 
    • De punten die behaald zijn in de eerste examenperiode voor de permanente evaluatie blijven behouden voor de helft van de punten. Voor de andere helft worden vervangopdrachten voorzien:
    • 1 vervangopdracht voor de permanente evaluatie: op 2 punten.  
    • Nieuwe toepassingstaak voor identieke expressievorm als 1ste zit : 4/20 punten
  • Voor alle delen kan bij de schriftelijke rapportage tot 20% van het totaal aantal punten worden afgetrokken voor taal en vorm; dit geldt niet voor de schriftelijke examens.
  • Het is de verantwoordelijkheid van de student, om de opdrachten voor de tweede examenperiode van Blackboard te halen. Het is de verantwoordelijkheid van de student om de juiste opdrachten, volledig en tijdig aan de betrokken lectoren te overhandigen.