ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

1 Voedings- en dieetkunde - 1VD - Onderdelen - Projecten periode 2
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: VD:Voedings- en dieetkunde
Code: 10119
Academiejaar: 2009-2010
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 1
Periode binnen het modeltraject: Periode 2
Aantal studiepunten: 4
Wegingscoëfficient: 4
Totaal aantal contacturen: 72
Totaal studietijd: 104
Deeltijds programma: deel 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Vanherle Koen


 

KORTE OMSCHRIJVING

Tijdens de projectweken voer je in projectgroep één of twee opdrachten uit. Een lector staat in voor de begeleiding. Door intensief in groep te werken verdiep je niet alleen jouw kennis uit de lesweken maar verwerf je bovendien bijkomende competenties zoals werken in teamverband, verwerven en werken van informatie, rapporteren. Het onderwerp van het project komt uit het werkveld en sluit aan bij de inhoud van de periode. Dit project behandelt de ontwikkeling van een kant en klaar- maaltijd voor een industriële opdrachtgever. De nadruk ligt op kwaliteitborging door beheersing van het bereidings- en bewaringsproces.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • VD101 Stelt het eigen handelen in vraag.
  • VD102 Leert systematisch uit eigen ervaring, fouten en successen.
  • VD103 Leert systematisch uit ervaring van anderen.
  • VD104 Heeft een kritische houding en stelt daardoor onderzoekende vragen.
  • VD105 Vraagt en geeft feedback.
  • VD106 Houdt uit eigen initiatief vakkennis op peil.
  • VD107 Zet theorie en nieuwe inzichten om in praktijkvoorbeelden.
  • VD108 Vertaalt externe feedback in leerpunten.
  • VD109 Reageert flexibel op kritiek en commentaar.
  • VD110 Denkt vanuit uiteenlopende standpunten en referentiekaders.
  • VD111 Past spontaan zijn handelen aan als de omstandigheden dat vragen.
  • VD113 Voorziet verschillende oplossingen of uitwijkmogelijkheden bij uitdagingen.
  • VD114 Moedigt anderen aan om door te zetten.
  • VD115 Streeft naar verbetering.
  • VD116 Toont inzet bij het realiseren van plannen en projecten.
  • VD117 Gaat door bij tegenslagen.
  • VD119 Stelt de cliënt centraal.
  • VD123 Toont betrokkenheid.
  • VD125 Gaat in op persoonlijke en gevoelsgeladen boodschappen.
  • VD126 Gaat in op non-verbale signalen van anderen.
  • VD127 Toont begrip voor gevoelens en moeilijkheden van anderen.
  • VD128 Betrekt anderen bij besluitvorming.
  • VD129 Erkent en waardeert de inbreng van anderen.
  • VD130 Laat het groepsbelang primeren boven het eigen belang.
  • VD131 Bespreekt problemen open met collega's.
  • VD132 Voert eenvoudige leidinggevende taken uit.
  • VD133 Drukt zich deskundig uit, zowel naar professionelen als naar leken.
  • VD134 Gebruikt een correcte schrijf- en spreektaal (spelling, grammatica, zinsbouw, woordkeuze, tekstverbanden, structuur).
  • VD135 Luistert actief.
  • VD136 Hanteert een professionele verbale en non-verbale communicatie.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • VD237 Analyseert een problematiek vanuit relevante gegevens.
  • VD238 Kijkt kritisch naar beschikbare gegevens.
  • VD239 Geeft aan welke informatie ontbreekt en gaat ernaar op zoek.
  • VD240 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
  • VD241 Stelt relevante vragen om een analyse verder uit te diepen.
  • VD242 Ziet verbanden en maakt ze expliciet.
  • VD244 Integreert de gegevens tot samenhangende conclusies.
  • VD245 Houdt rekening met de praktische haalbaarheid van voorgestelde oplossingen.
  • VD246 Toont zich resultaatgericht.
  • VD247 Neemt zelfstandig beslissingen.
  • VD248 Bereidt taken systematisch voor.
  • VD249 Houdt overzicht tijdens de voortgang van een project.
  • VD250 Maakt een duidelijk tijdsschema.
  • VD251 Maakt duidelijke afspraken en komt ze inhoudelijk na.
  • VD252 Pakt problemen praktisch aan.
  • VD253 Pakt problemen creatief aan.
  • VD254 Volgt op en stuurt bij.
  • VD255 Respecteert timing en afspraken.
  • VD256 Verwerkt gegevens correct.
  • VD257 Controleert eigen werk op fouten en vergissingen en corrigeert.
  • VD258 Levert onder druk correcte resultaten.
Beroepsspecifieke competenties
  • VD361 Geeft in de praktijk blijk van vakspecifieke kennis op het gebied van kwaliteitszorg en management.
  • VD362 Geeft in de praktijk blijk van vakspecifieke kennis op het gebied van gezondheidsbevordering.
  • VD363 Onderzoekt actief de noden en verwachtingen van de klant.
  • VD365 Vertaalt het gezondheidsbeleid in praktische en haalbare toepassingen.
  • VD368 Functioneert in interprofessionele teams.
  • VD370 Treedt adviserend en coördinerend op met betrekking tot voedselbereiding en distributie.
  • VD371 Vertoont stakeholdergerichtheid (wederzijds belang).
  • VD372 Implementeert de regelgeving en afspraken omtrent voedselveiligheid (HACCP) en kwaliteit.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

1. legt creativiteit aan de dag te om de probleemstelling aan te pakken.
2. functioneert binnen een team.
3. werkt een receptuur uit en schrijft SMART, rekening houdend met procesparameters.
4. rapporteert bevindingen van het team .
5. schat microbiologische risico’s bij bewaring in.

6. identificeert microbiologische parameters in functie van houdbaarheid van voedsel, legt deze vast en motiveert deze.
7. legt bewaringstechnieken vast en motiveert deze.
8. maakt een gemotiveerde keuze van bereidingstechniek en/of bewaringstechniek.


VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
geen
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

kooklab 1, communicatie en anamnese, ICT-vaardigheden, algemene chemie, fysicochemie en microbiologie van voedsel


Andere begincompetenties

Zie lijst begincompetenties opleiding VD.


LEERINHOUDEN

Inhoud onder voorbehoud van aanpassing in functie van casus.

  • Een productiefiche (receptenfiche) SMART opstellen.
  • Een grondige beschrijving geven van de argumenten en beslissingen ivm kwaliteitsbehoud (incl. procesparameters en kookschade).
  • Een regeneratiefiche (werkvoorschrift restaurant) SMART opstellen.
  • Een productetiket met bijhorende voedingswaardedeclaratie opstellen.
  • Een beschrijving geven van de argumenten en beslissingen ivm inschatting van de houdbaarheid.
  • Een beschrijving en bespreking geven van de monitoring.
  • Een Powerpoint voorstelling samenstellen.
  • Het resultaat van het werk presenteren.

STUDIEMATERIAAL
  • Opgave en informatie rond casus
  • Het algemene cgo-boek (methodiek aanpak project)
  • Periodeboek 2 (handleiding project).
  • Alle studiemateriaal uit periode 2.
  • Informatiemateriaal in de bib.
  • Informatiemateriaal via internet.
  • e-campus

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

0

 lesuren

  00,00

practicum en oefeningen:

0

 lesuren

  00,00

vormen van groepsleren:

70

 lesuren

  66,04

studietijd buiten contacturen:

34

 klokuren

  32,08

Verdere toelichting:
Projectwerking.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Evaluatie van het 'groepsproces' (25 % van de punten)
    * Criteria:
     - gevolgde methodiek
     - stappenplan om tot product te komen
     - overeenstemming tussen planning en realisatie
     - taakverdeling
     - uitvoering taken
     - vergadertechniek
     - omgaan met feedback
     
    * Middelen:
     - projectmap (zie algemene cgo-boek)
     - opvolging door tutor
     - reflectievergadering
     
  •  Evaluatie van het 'groepsproduct' (25 % van de punten)
    * Op basis van:
     - regelmatige rapportering  via verslagen,documenten, ... 
    - ingrediëntenlijst, receptenfiche, bereidingswijzen, conserveringstechnieken
     - procesparameters vastleggen
     - microbiologische parameters inschatten
     - regeneratiemethoden opstellen
     - organoleptische evaluatie van de bereide kant en klare maaltijd
     - keuze van een convenience-vorm
     * Criteria
     - aanwezigheid van een productiefiche (receptenfiche)
     - grondige beschrijving van de procesparameters
     - een regeneratiefiche (werkvoorschrift restaurant)
     - een productetiket met bijhorende voedingswaardedeclaratie
     - een beschrijving van de inschatting van de houdbaarheid
     - een beschrijving van de monitoring
     - voorstelling van het project en de bijhorende documenten dmv. een Powerpointpresentatie
     
    * Middelen:
    •  beoordeling door de tutor en de projectverantwoordelijke lectoren
    • vergelijking met de resultaten van de andere groepen
       
      * Evaluatie van de individuele bijdrage (25% van de punten)
      * Criteria:
       - aanwezigheid tijdens projectgroepbijeenkomsten
       - actieve inbreng
       - constructieve omgang
       - uitvoeren van taken
       - nakomen van afspraken
       - communicatieve aspecten
       - omgaan met feedback
       * Middelen:
       - 180° feedback (peerassessment en beoordeling tutor) 
      - individuele bijdragen aan projectmap
       - reflectievergadering
      - POP
       

      evaluatie van de tijdens de projectweken verworven cognitieve vaardigheden (25¨% van de punten)

* Criteria:
   - Correct inschatten van alle handelingen in de context van bereiding en houdbaarheid
* Middelen: 
   -  Individuele, schriftelijke toets over receptontwikkeling (incl. SMART schrijven), kookschade, procesparameters, microbiologische parameters en het gebruik van additieven tijdens bereiding,  conservering en regeneratie.  
 
* Afspraak: een student die één van de vier beoordelingsniveaus mist (bvb. afwezigheid op de toets) behaalt voor dit deel een A en krijgt dus de beoordeling A (afwezig) voor het opleidingsonderdeel ‘projecten periode 2’

* Berekening van het 'totaalcijfer' voor 'projecten':

  • dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de VUP's en tutors van het project op basis van de op de verschillende beoordelingsniveaus verworven punten
  • het totaalcijfer is in principe het gewogen gemiddelde (wegingsfactors staan hierboven vermeld) van de verschillende beoordelingsniveaus, maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
    • een tekort op één van de beoordelingsniveaus
    • afwezigheid tijdens projectactiviteiten
    • niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen en/of gedrangsankers

* Studenten die om ernstige redenen een deel van de projectuitwerking missen, krijgen een individuele regeling (opleidingscoördinator)


tijd voor examinering
uren
2

%
 
 01,89

Tweede examenperiode

Evaluatie van de tijdens de projectweken verworven cognitieve vaardigheden (25¨% van de punten).

  • Criteria:
    • correct inschatten van alle handelingen in de context van bereiding en houdbaarheid.
  • Middelen:
    • Individuele, schriftelijke toets over receptontwikkeling (incl. SMART schrijven), kookschade, procesparameters, microbiologische parameters en het gebruik van additieven tijdens bereiding,  conservering en regeneratie.