|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Opleidingsonderdelen |
|
|
|
| | |
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Communicatieve en agogische vaardigheden |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30278 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
27 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Roland Kristien
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Binnen dit cursusaanbod in het derde jaar gaan we inhoudelijk dieper in op het begeleiden van leerlingen met leer-, gedrags- en ontwikkelingsstoornissen. We staan stil bij de specificiteit van leerlingen in het deeltijds en buitengewoon onderwijs en bij interculturele communicatie. De rechten van de jongere worden onder de loepe genomen.
Het is de betrachting om een positief ingestelde attitude te ontwikkelen ten aanzien van de lerende, onafgezien van zijn kwaliteiten en beperkingen. Hiervoor is inzicht in problematieken noodzakelijk en dient samengewerkt te worden met collega's, ouders en externen.
De einddoelstelling zal erin bestaan om te komen tot een verantwoorde en ethische attitude van toekomstig leerkracht.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. De student is oprecht en integer in z'n handelen en biedt voldoende standvastigheid in moeilijke situaties doordat hij/zij de vaardigheden tot oplossingsgericht werken kent. 2. De student leert empathisch te werken en heeft voldoende inzicht en reflectie op z'n persoonlijk handelen. 3. De student kan in team werken, met respect interacties aangaan waarbij tevens de interculturele communicatie verbetert 4. De student is in staat om in overleg een positief leefklimaat te creëren voor de leerlingen in klasverband en op school. Dit omvat inzicht in mogelijke stoornissen bij leerlingen.
5. De student is in staat om met ouders en verzorgers in dialoog te treden over opvoeding en onderwijs. 6.De student is in staat zich te documenteren overde eigen rechtspositie en die van de leerlingen. 7.De student is in staat om actuele maatschappelijke thema's en ontwikkelingen te identificeren en kritisch te benaderen.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
De verworven competenties uit de cursus communicatieve vaardigheden en agogische vaardigheden 2de jaar
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
bereidheid tot zelfreflectie
bereidheid tot interactief participeren
|
LEERINHOUDEN
|
- Basishouding/attitude van de leerkracht : normen en waarden die inspireren
- Communicatieprincipes/ gespreksvoering
- Oudercontact
- jongeren met leer-, ontwikkelings-, gedragsproblemen
- jongeren in het deeltijds onderwijs
- jongeren in het buitengewoon onderwijs
- Interculturele communicatie.
- Rechtspositie van de minderjarige/ Kinderrechten in de klas.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursus met essentie hoorcolleges en aanvullende, ondersteunende wetenschappelijke teksten.
De getoonde videofragmenten moeten gekend zijn.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
24
|
lesuren
|
30,77
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
51
|
klokuren
|
65,38
|
Verdere toelichting:
- Interactieve hoorcolleges.
- Praktijkvoorbeelden-toepassingen via videodocumentaires.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Schriftelijk examen op 100 % van de punten.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Schriftelijk examen op 100% van de punten.
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Pedagogische wetenschappen |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30279 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
4 |
Wegingscoëfficient: |
4 |
Totaal aantal contacturen: |
34 |
Totaal studietijd: |
104 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Dries Michel
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Om je weg te vinden in het onderwijslandschap komen in het derde jaar verschillende topics over onderwijsorganisatie, onderwijsbeleid en de rechten en plichten van een leerkracht aan bod. Het hele pakket bereidt je op een directe en praktische manier voor op de onderwijspraktijk die buiten het eigenlijke lesgeven valt. De contactmomenten staan in het teken van een constant begeleiden en remediëren van de opdrachten en het verduidelijken van bepaalde inhouden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. De student kan op correcte wijze administratieve taken uitvoeren (bijhouden van leerlingengegevens, evluatiegegevens, klasseraad,…). 2. De student kan de resultaten van onderwijsonderzoek beoordelen. 3. De student kan participeren aan samenwerkingsstructuren: Klasseraad, graadwerkgroepen, vakwerkgroepen. 4. De student kan zich documenteren over de eigen rechtszekerheid: plichten en rechten van de leraar, loopbaan en bezoldiging, verloven, ziekten en ongevallen, aansprakelijkheid. 5. De student kan reflecteren over het beroep van de leraar en de plaats in de samenleving: Geschiedenis van het algemeen secundair onderwijs en het technisch onderwijs, organisatie van het secundair onderwijs, organisatie van het BUSO.
6. De student neemt deel aan de training rond het thema leefsleutels
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Kennis van de pedagogische wetenschappen uit het 1e en 2e opleidingsjaar en ervaring uit de pedagogische stage
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
- De staatshervorming
- Het schoolpact
- Structuur van het onderwijs
- CLB
- Inrichtende macht
- leerplicht
- participatie
- De plichten van de leerkracht
- Verboden praktijken op school
- Verplichtingen t.g.v. netgebonden reglementen
- GOK
- Het schoolreglement
- De klasseraad
- Inspectie en begeleidingsdiensten
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Cursus pedagogische wetenschapen 3 vk.
- Tijdschrift Klasse.
- Onderwijs.vlaanderen.be.
- Publicaties Vlaamse Gemeenschap, departement onderwijs.
- Externe sprekers
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
30
|
lesuren
|
28,85
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
70
|
klokuren
|
67,31
|
Verdere toelichting:
- Hoorcolleges.
- Opdrachten en oefeningen.
- Individueel werk.
- Deelname seminaries die betrekking hebben op inhoud cursus.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Mondeling examen (50%). Open boek
- opdrachten (50%)
- Leefsleutels (geen afzonderlijk examens, evaluatie tijdens de deelname aan training).
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Schriftelijk examen (100%) Open boek
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Seminaries |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30280 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
28 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Roland Kristien
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Aangezien onderwijs een uitzonderlijk breed werkterrein omvat, wordt van toekomstige leerkrachten verwacht dat zij actuele thema's die leven in de onderwijswereld kunnen detecteren en dat zij projecten en initiatieven hieromtrent positief-kritisch kunnen benaderen en kunnen integreren in hun eigen handelen en functioneren.
Hiertoe worden aan de studenten 6 seminaries aangeboden waarbij experts uit het werkveld hun project/ initiatief komen toelichten. De studenten krijgen telkens een verwerkingsopdracht.
Aangezien de thema's van de seminaries gebonden zijn aan de actualiteit, zal de inhoud elk jaar varieren.
Met deze seminaries willen wij bij de student een brede kijk en doordachte visie op onderwijs stimuleren. Tevens kaderen deze seminaries in de noodzakelijkheid van levenslang leren. Onderwijs is immers een zeer levendige sector die voortdurend onderhevig is aan veranderingen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
de student kan zich informeren omtrent actuele thema's in onderwijs (horizonverruiming)
de student kan zich informeren omtrent projecten en initiatieven ivm knelpunten in onderwijs
de student kan de voorgestelde projecten en initiatieven positief-kritisch evalueren
de student kan gefundeerd deelnemen aan het maatschappelijk debat over onderwijskundige thema's
de student is bereid om levenslang te leren
de student is bereid om de opgedane kennis en inzichten te integreren in het eigen functioneren
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
een open houding om knelpunten in onderwijs te (h)erkennen
een positief-kritische ingesteldheid om initiatieven en projecten te 'wikken en te wegen'
bereidheid om de opgedane kennis en inzichten te vertalen naar het eigen handelen en functioneren als leerkracht
bereidheid om een attitude te ontwikkelen van levenslang leren
|
LEERINHOUDEN
|
seminaries:
- Specificiteit van het BuSO
- Specificiteit van het Deeltijds Onderwijs in samenwerking met vzw ARKTOS
- Spijbelen: wat houdt het in en wat kan er aan gedaan worden?
- OverStagg: hoe reageer je op leerlingen die over de schreef gaan?
- Gelijke onderwijskansen: omgaan met kansarmoede
- Beleidsvoerend vermogen: wegwijs worden in de school als organisatie
|
STUDIEMATERIAAL
|
syllabus en cases verzorgd door de externe experts
nota's van de studenten
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
28
|
lesuren
|
34,15
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
54
|
klokuren
|
65,85
|
Verdere toelichting:
De studenten volgen 7 workshops van 4u verzorgd door externe experts. Aanwezigheid is verplicht. Bij ongewettigde afwezigheid werkt de student een bijkomende opdracht uit.
Bij elke workshop hoort een verwerkingsopdracht. De uitwerking van deze opdrachten telt als examen. Criteria bij de beoordeling van deze verwerkingsopdrachten: diepgang, samenhang en structuur, doordachtheid, kritische zin, behoorlijk taalgebruik.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
De verwerkingsopdrachten bij elke workshop tellen als examen. Beoordelingscriteria cfr. supra. Op elke verwerkingsopdracht dient een voldoende gehaald te worden. Elke opdracht waar men onvoldoende op haalt, dient in 2e zit terug voorgesteld te worden.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Indien de uitwerking van de verwerkingsopdracht in eerste zit onvoldoende is, moet deze in tweede zit opnieuw voorgesteld worden
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Zorg voor voeding module 5 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30295 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
5 |
Wegingscoëfficient: |
5 |
Totaal aantal contacturen: |
46 |
Totaal studietijd: |
130 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Seghers Annemie
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Voeding voor zieke en gezonde mensen.Elke leeftijdscategorie kent haar eigen behoeftes en voedingsproblemen: zwangere en lacterende, zuigeling, peuter en kleuter, scholieren, adolescenten, jong volwassenen en ouderen en bejaarden. Welke aanpassingen zijn er nodig bij ziekte, hoe kan voeding aangepast worden? Tevens komen bijzondere, alternatieve voeding en voeding bij allochtonen aan bod De vakdidactische aanpak binnen het opleidingsonderdeel Voeding biedt de student, naast de klassiekere lesrealisaties, de mogelijkheid tot het realiseren en inoefenen van didactische experimenten. . De leraar als inhoudelijk en practisch expert, als organisator en begeleider, als cultuurparticipant en als lid van een vakgroep en schoolteam staan in deze sessies centraal. Apart van het opleidingsonderdeel Voeding en meer bepaald in Projectwerking VV, wordt de student de kans geboden zicht te verdiepen in het opstellen en realiseren van een Integrale Opdracht (IO). Zie ECTS fiche Project VV (project 2).
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO316 Evalueert leerlingen deskundig.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
Behoudt overzicht en reageert wendbaar bij onverwachte omstandigheden. De student blijft rustig bij onverwachte omstandigheden in de keuken.
-
Opdrachten krijgen een verzorgde stijl en overzichtelijke lay-out.
-
Staat open voor nieuwe ontwikkelingen binnen het vakgebied. Kan kritisch denken ten aanzien van informatie en massamedia.
-
Uit creativiteit bij realisatie van opdrachten. Taken worden goed voorbereid en afspraken gerespecteerd.
-
Legt verband tussen lesonderwerpen in eigen opleiding (hogeschoolniveau) en aanpak lesonderwerpen gericht op doelgroep SO.
- Kan theoretische achtergrond omzetten in praktische aanwijzingen.
-
VAKDIDACTIEK
1.De student denkt en handelt flexibel, tijdens lesrealisaties voor de eigen klasgroep. 2. De student neemt zijn/haar verantwoordelijkheid op tijdens didactische experimenten en gaat bij de evaluatie respectvol om met zijn/haar medestudenten. 3. De student geeft tijdens typelessen verbale terugkoppeling aan medestudenten m.b.t. zowel technisch didactische aspecten als verbaal en non-verbaal gedrag. 4. De student werkt in kleine groepjes een lesvoorbereiding uit en realiseert deze voor de eigen klasgroep. 5. De student stelt zich binnen de klasgroep empathisch en open op en draagt zorg voor de medestudenten. 6. De student moet communicatief zijn (cfr. lesvoorbereiding) maar ook tijdens de mondelinge lesrealisatie. 7. De student heeft inzicht in leerplannen TSO en BSO voor het vakgebied VV. 8. De student oefent vooropgestelde leerdoelen van het 2de jaar verder in, toegepast op lesonderwerpen uit de 1ste, 2de en 3de graad TSO en BSO van het S.O., BUSO en Sociale Promotie (diversiteit). 9. De student experimenteert met 'nieuwe' didactische werkvormen en werkt hierbij emanciperend. 10. De student werkt creatief met het complex van didactische activiteiten en presenteert het resultaat van zijn/ haar creatief denken mondeling voor de klasgroep. 11. De student bereidt stageopdrachten voor en past zijn vakdidactische kennis toe tijdens stagemomenten. 12. De student diept een fictief uurrooster VV uit en geeft toelichting a.d.h. van de leerplannen (samenvattend).
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Zorg voor voeding module 3 en 4
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
Geen
|
LEERINHOUDEN
|
Zorg voor voeding:
borst en flesvoeding
Voeding voor peuters en kleuters
Voeding voor scholieren en adolecenten
Alternatieve voeding
Voeding bij bejaarden
Voeding bij ziekte, dieetvoeding
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Handboek: Nelleke Stegeman,VOEDING BIJ GEZONDHEID EN ZIEKTE,Wolters-Noordhof, Groningen 2007
-
Irene van Blommestein, KOOK OOK, Nederlands Voedingsbureau voor voeding, 2008
-
J.G. van Eden, RECEPTENLEER, Bereidingstechnieken en -processen, HB uitgevers, 2009
-
NUBEL-VOEDINGSMIDDELENTABEL
- Brochures voedingsvoorlichting
- Vaktijdschriften en kookboeken Schoolbib.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
12
|
lesuren
|
09,23
|
practicum en oefeningen:
|
24
|
lesuren
|
18,46
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
84
|
klokuren
|
64,62
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
|
-
Permanente evaluatie: 30% . Aanwezigheid tijdens de practica is een vereiste om te kunnen slagen * Werk tijdens de les 10% * Opdrachten en oefeningen 20%
-
Praktisch examen: 15%
-
Theoretisch examen: 30%
-
Mondeling examen Voeding Verzorging-Vakdidactiek: 25%: Geïntegreerd jaarexamen: d.w.z. student werkt een fictief uurrooster voor vakspecialiteit VV en gewicht 1 samen uit en verdedigt zich voor een extern jury lid en de vaklector.
-
Voor dit opleidingsonderdeel is GEEN examencontract mogelijk.
-
Verplichte aanwezigheid is een vereiste om te slagen.
-
Voor elk onderdeel van het examen moet ten minste 50 % gehaald worden
|
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Theoretisch examen en mondeling examen kan hernomen worden.
De punten voor permanente evaluatie en praktisch examen blijven behouden.
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Verzorging module 5 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30296 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
31 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Beckers Getty
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In Verzorging module 5 staat de zorg voor het kind en de oudere in klein- en groothuishouding centraal en wordt gewerkt rond de beroepszorg van deze doelgroepen. De verzorgingssector en beleidsprocessen worden nader bekeken en toegelicht in functie van de theoretische lessen, praktische lessen en latere stagebegeleiding van de ll. BSO 3de graad Voeding-Verzorging van het secundair onderwijs.
In dit opleidingsonderdeel worden ook, dan wel op exemplarische wijze en a.d.h.v. de leerplannen, thema's van de vakken Sociale Wetenschappen (TSO) en Omgangskunde (BSO) aangesneden en in mee verweven, waardoor kennis en inzicht in deze materie versterkt worden. Centraal hierin staat de student als toekomstige leerkracht-opvoeder.
De vakdidactische aanpak binnen het opleidingsonderdeel Verzorging biedt de student, naast de klassiekere lesrealisaties, de mogelijkheid tot het realiseren en inoefenen van didactische experimenten en spelvormen met als doel zich als leerkracht te vervolmaken. De werking rond het Informatief Project (IP)en de Geïntegreerde Proef (GIP) worden besproken en via opdrachtsvorm bevragen de studenten hun stagescholen hieromtrent. De leraar als inhoudelijk en practisch expert, als organisator en begeleider, als cultuurparticipant en als lid van een vakgroep en schoolteam staan in deze sessies centraal.
Apart van het opleidingsonderdeel Verzorging en meer bepaald in Projectwerking VV, wordt de student de kans geboden zicht te verdiepen in het opstellen en realiseren van een Integrale Opdracht (IO). Zie ECTS fiche Project VV (project 2).
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO314 Werkt doelgericht.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
VERZORGING
Door toepassingen rond zorgproces op textielstukken machinaal en manueel wassen, kastklaar maken en/of ontvlekken en/of opfrissen/oppersen wordt de student getraind in het kunnen samenwerken, in verantwoordelijkheid nemen en het reflecteren van bekomen resultaten. De student heeft inzicht in het chemisch reinigen en past de techniek hiervoor toe op het waterdicht maken/ontvlekken van regenkledij. De student past specifieke onderhoudstechnieken toe op natuurlijke grondstoffen en synthetisch materiaal en kiest hierbij het juiste onderhoudsmiddel. De student ontdekt, ontwikkelt en uit creativiteit in een decoratief, functioneel werkstukje i.f.v. de doelgroep en de beschikbare kostprijs. In het zelfstandig op zoek gaan naar ontwerpen neemt de student verantwoordelijkheid op en reflecteert nadien op het bekomen resultaat. - De student verwerft kennis en techniek rond een aangepast zorgproces voor jonge kinderen en bejaarden m.b.t. lichaamsverzorging, eten en drinken, bewegen en rust, veiligheid en comfort, inrichting leefomgeving. De student verdiept zich zelfstandig in de leerinhoud van het vakgebied verzorging voor de lln. van de 3de graad Verzorging. De projectwerking VV (IO) i.f.v.het kind en de oudere is bij uitstek de kans om zich hierin te kunnen verdiepen en te vervolmaken (vakoverschrijding)
SOC. WET./OMGANGSKUNDE 1. De student kan maatschappelijke participatie, visie en tolerantie ontwikkelen, o.a. door mediagebruik. Bij het beluisteren van radionieuws, het ontleden van krantenitems en maatschappelijk bewogen artikels, stimuleert de student zichzelf en in samenwerking met de groep in verantwoordelijkheid en zelfreflectie. 2. De student kent het Belgisch sociaal zekerheidssysteem en gebruik ervan kunnen toelichten. 3. De student kan vormen van sociaal bewogen attitude en relationele gerichtheid bij oordelen - vooroordelen - discriminatie en onverdraagzaamheid. 4. De student kan de werking, doel en ondersteuning van het OCMW - K&G als hulpverleningsorganisaties kennen en a.d.h.v. cases kunnen linken. Stilstaan bij de opdracht (IO) kindermishandeling en incest, confronteert de student over de ernst van de verantwoordelijkheid van de mens als opvoeder en hun taak als leerkracht-opvoeder. (interactie en reflectie). 5. De student kan de houding van de leerkracht bij enkele deontologische en juridische aspecten van leerlingenbegeleiding in het gewoon secundair onderwijs kaderen. 6. Als toekomstige leerkracht - opvoeder verdiept de student zich zelfstandig in de maatschappelijke problematiek en vindt hierbij de weg naar de voorziene hulpverleningsdiensten.
VAKDIDACTIEK 1.De student denkt en handelt flexibel, tijdens lesrealisaties voor de eigen klasgroep. 2. De student neemt zijn/haar verantwoordelijkheid op tijdens didactische experimenten en gaat bij de evaluatie respectvol om met zijn/haar medestudenten. 3. De student geeft tijdens typelessen verbale terugkoppeling aan medestudenten m.b.t. zowel technisch didactische aspecten als verbaal en non-verbaal gedrag. 4. De student werkt in kleine groepjes een lesvoorbereiding uit en realiseert deze voor de eigen klasgroep. 5. De student stelt zich binnen de klasgroep empathisch en open op en draagt zorg voor de medestudenten. 6. De student moet communicatief zijn (cfr. lesvoorbereiding) maar ook tijdens de mondelinge lesrealisatie. 7. De student heeft inzicht in leerplannen TSO en BSO voor het vakgebied VV. 8. De student oefent vooropgestelde leerdoelen van het 2de jaar verder in, toegepast op lesonderwerpen uit de 1ste, 2de en 3de graad TSO en BSO van het S.O., BUSO en Sociale Promotie (diversiteit). 9. De student experimenteert met 'nieuwe' didactische werkvormen en werkt hierbij emanciperend. 10. De student werkt creatief met het complex van didactische activiteiten en presenteert het resultaat van zijn/ haar creatief denken mondeling voor de klasgroep. 11. De student bereidt stageopdrachten voor en past zijn vakdidactische kennis toe tijdens stagemomenten. 12. De student diept een fictief uurrooster VV uit en geeft toelichting a.d.h. van de leerplannen (samenvattend). 13.De student werkt een vorderingsjaarplan uit.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Verzorging module 3 en 4
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Geen.
|
Andere begincompetenties
|
De student kan taak- en procesgericht samenwerken in groep.
De student is bereid om in interactie te treden met de medestudenten en vaklector.
De student kan zelfstandig de door de lector geselecteerde bronnen verwerken om het inzicht in deze materie te versterken.
De student bezit de nodige houding om in het dagelijks leven naar voorbeelden en toepassingen te blijven zoeken.
|
LEERINHOUDEN
|
Verzorging:
-
Belang verzorgend beroep bij kinderzorg en bejaardenhulp
-
Zwangerschap, geboorte, de pasgeborene, de baby, de peuter, de kleuter, het ouderschap, typische kinder- en ouderdomsziekten
-
Kind en oudere: verzorgingstechnieken, leef-woon- en speelomgeving, veiligheid, comfort, kinderkamer
-
Textielzorg: Handwas: zijden of kunstzijden sjaal en fijne textielvezels. Machinewas: 30° tot 90° C. Chemisch reinigen: Waterdicht maken van paraplu of regenjas. Gebruik droogtrommel. Strijken: Roulement en driloefeningen: platte stukken, kledingsstukken opfrissen/oppersen. Handwerk: naai-en siersteken: doopsuikerzakje.
-
Onderhoud woonomgeving: natuurlijke en synthetische materialen
-
Creatie - decoratie - sfeer - en kleurtoepassingen: bloemschikken, kamerplanten, uitvoeren creatieve/functionele werkstukjes
- Observatie en bezoek in kinderdagverblijf en RVT zijn in het Project (2) Major ingelast.
Soc. wetenschappen/Omgangskunde:
- Welvaartstaat en sociale zekerheid - Het ziekenfonds.
- Multiculturele samenleving: Vooroordelen en discriminatie/Emigratie
- Hulpverleningsdiensten: Kind & Gezin - OCMW.
- Deontologie: De leerkracht en zijn beroepscode.
Vakdidactiek:
- 1. Leerplanstudie: lessentabellen en vakinhouden 3 de graad BSO/TSO.
- 2. Ontwikkelen van didactische creativiteit en persoonlijke leraarstijl.
- 3. Organisatie IP/GIP.
- 4. Organisatie IO.
- 5. Organisatie studieuitstap.
- 6. Organisatie en opstellen vorderingsjaarplan.
- 7. Opdrachten.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Plantijncursus 1/2/3 VO Verzorging/Vakdidactiek Specifieke zorg voor kindjes en ouderen, Bockstaele en Piens, Wolters Plantin, 2006 Technisch Wetenschappeliijke oefeningen 3de° STW, Licap Leefomgeving en samen-leven, 1ste jaar, 3de°Licap opvoeding en samenleving, 2de jaar, 3de°, Licap Website: Onderwijs Vlaanderen, KlasCement, Lerarendirect,Gezondheidszorg, K&G, OCMW, ... Onderwijstijdschrift KLasse Schoolbib. Ter beschikking gestelde leer- en werkboeken 1001 ideeën 1 tips Test Aankoop 2002 Creatieve tijdschriften en vaktijdschriften Brochures Kind en Gezin Informatie uitgegeven door de overheid Onderwijsonderricht - Leerplannen 3de graad TSO - BSO Verzorging
- Boek: 'Zo kan het ook' : Competentieontwikkelend onderwijs. Wolters Plantyn
Radio, kranten, video, internet.
Welzijnsmagazines: o.a. Welliswaar/Brochures.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
8
|
lesuren
|
10,26
|
practicum en oefeningen:
|
16
|
lesuren
|
20,51
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
47
|
klokuren
|
60,26
|
Verdere toelichting:
Activerende interactieve hoorcolleges,begeleidingssessies, groepswerk, opdrachten gekoppeld met respons onder de vorm van reflecties en feedback.
Praktijksessies.
Zelfstudie.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Voor dit opleidingsonderdeel is geen examencontract mogelijk.
Verplichte aanwezigheid is een vereiste tot slagen.
Individuele opdrachten: 20%
Groepsopdrachten: 10%
Schriftelijk examen: 25%
Praktisch examen: 20%
Mondeling examen Verzorging-Vakdidactiek: 25%: Geïntegreerd jaarexamen: d.w.z. student werkt een fictief uurrooster voor vakspecialiteit VV en minor samen uit en verdedigt zich voor een extern jury lid en de vaklector.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
De punten (20%) van de individuele opdrachten blijven behouden.
Groepsopdrachten (10%) kunnen niet in 2de zit herdaan worden.
Schriftelijk examen: 25%
Praktisch examen: 20%
Mondeling examen Verzorging-Vakdidactiek: 25%: Geïntegreerd jaarexamen: d.w.z. student werkt een fictief uurrooster voor vakspecialiteit VV en minor samen uit en verdedigt zich voor een extern jurylid en de vaklector.
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Project Voeding-verzorging |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30297 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
52 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Beckers Getty Seghers Annemie
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Dit opleidingsonderdeel bestaat uit twee projecten die binnen de major Voeding Verzorging verdeeld zijn.
Het eerste project ' Diversiteit' kadert voornamelijk in het opleidingsonderdeel Voeding en is gericht op het uitdiepen van een sociale problematiek, sociale omgang met en de zorg voor zorgbehoevenden. Heel specifiek betreft het hier kansarmoede en armoede. De student verdiept zich in deze materie onder begeleiding van het lectorenteam en onder de vorm van geleide opdrachten. Van de studentengroep wordt verwacht dat zij zich hierbij sociaal, open, empatisch en hulpvaardig opstellen. De georganiseerde studieuitstappen naar hulpverleningsorganisaties die de studenten de nodige fundamentele informatie geven en de talrijke gastsprekers die i.v.m. dit thema hun ervaringen levendig tot bij de studenten brengen, komen ruimschoots in het project aan bod. Zodoende brengt het realiseren van dit project de studenten in de mogelijkheid om ervaringen op te doen, geïnformeerd te worden en zelf op zoek te gaan naar informatie om inzichten te verwerven en zich op die manier in hun rol als leerkracht-opvoeder te vervolmaken en te waken over de zorg om het welzijn van hun leerlingen.
'Centraal in dit project staat de leraar als partner van externen die leert uit ervaringen en samenwerking'
Het tweede project 'Zorg voor doelgroepen', namelijk 'Het kind en de oudere' staat volledig in het teken van Vakdidactiek, nl. het competentieontwikkelend onderwijs. Hierbij stellen de studenten zelfstandig en in groep een volledige Integrale Opdracht (IO) op. Aldus verdiept de student zich in de leerplannen VVKSO/TSO/ STW/ 3de graad. Uiteraard zijn in een IO de vakken alias componenten Voeding, Sociale Wetenschappen en Natuurwetenschappen betrokken. Tijdens dit project zijn, om stapsgewijs te kunnen werken en nadien begeleid te worden door de vaklector(en), ook activerende hoorcolleges voorzien. De getuigenis van een gastspreker, die de studenten komt toelichten, geeft hen een realistisch beeld. Een prospectieve daguitstap/bedrijfsbezoek staat op het programma en beoogt o.a. dat de studenten ervaring opdoen en kennis maakt met het latere werkveld van hun toekomstige lln.
' Centraal bij het competentieontwikkelend leren staat de idee dat 'leren' samengaat met 'groeien'.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO314 Werkt doelgericht.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO316 Evalueert leerlingen deskundig.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Project 1: De student:
- kan zich empatisch, open en hulpvaardig opstellen.
- verdiept zich zelfstandig in de informatie over mensen-en kinderrechten.
- kan deze rechten bepalen en benoemen a.d.h.v. cases.
- schrijft een volwaardige maaltijd uit en bereidt deze met een vooropgesteld beperkt budget.
- informeert zich over een autolening en schrijft hiervan een simulatie uit.
- past zich aan en werkt mee in een zorgorganisatie.
- stelt hiervan een briefing op, presenteert deze en wisselt opgedane ervaringen uit aan de totale groep.
Project 2: De student:
- verdiept zich in het leerplan VVKSO TSO STW IO van de 3de graad.
- verdiept zich in het begrip competenties en leerlijnen.
- verdiept zich in het doelenboek IO.
- houdt rekening met de criteria om leren als groeiproces te kunnen begeleiden en te coachen.
- heeft inzicht in de dubbele taak die voor de lkr. is weggelegd binnen een IO.
- betrekt de componenten in deelopdrachten en werkt vakoverschrijdend.
- verklaart waarom in de deelopdrachten van een IO kennis en vaardigheden worden geïntegreerd.
- heeft creatieve, leerrijke ideeën en zet deze om in opdrachtsvorm, rekening houdend met de leerlijnen en zorgt voor een veilig en stimulerend leerklimaat.
- zet lln aan tot leren via goede opdrachten die omgezet zijn naar opdrachtsbrieven en biedt hierbij de nodige materiële ondersteuning.
- stelt zich als instrument op om de groei van lln. te ondersteunen en te bevorderen.
- werkt evaluaties uit van deze deelopdrachten en voorziet aanzetting tot reflectie.
- kan vlot in een IO-team werken waarin men elkaar aan stimuleert, ondersteunt en respecteert.
- neemt verantwoordelijkheid op binnen de groep en voert voor zichzelf een kwaliteitscontrole uit.
- draagt bij tot de organisatie, roostering en infrastructuur/accomodatie die nodig zijn binnen het opgestelde IO.
- voorziet samen met het IO-team een reflectie en zelfevaluatie.
- presenteert en motiveert het opgestelde IO aan medestudenten, vaklectoren en externen uit de praktijk.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Een credit in 2VO behaald hebben voor de volgende opleidingsonderdelen:
Pedagogische stage,Vakdidactiek, Verzorging (module 3 en 4) en Voeding (module 3 (waaronder ook het Project IO-Wijn)).
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Opleidingsonderdeel Voeding (module 5) en Verzorging (module 5) van 3VO.
|
Andere begincompetenties
|
Voor beide Projecten Major gelden volgende begincompetenties:
Bereid zijn om in interactie te treden met medestudenten, externen en lectoren.(De leraar als begeleider en cultuurparticipant)
Geselecteerde bronnen op zelfstandige wijze interpreteren en verwerken. (De leraar als inhoudelijk expert)
Een houding hebben om in het dagelijks leven naar voorbeelden, toepassingen en oplossingen te zoeken om inzichten in de materie te versterken en om het leraarschap te vervolmaken. (De leraar als begeleider van ontwikkelingsprocessen, als innovator en als cultuurparticipant)
|
LEERINHOUDEN
|
Project 1:
- Mensen -en kinderrechten + cases
- Begrippen vooroordelen, discriminatie, racisme en de rol en houding van de leerkracht hierbij: gastspreker
- Sociale voorzieningen vroeger en nu en deze binnen de scholen (CLB/SOVO): gastsprekers
- Budgetbegeleiding door het OCMW: gastspreker
- Budgettering, geld lenen en krediet: simulatie
- Werking van een rechtbank en de taak van de verschillende functies + deelname aan een rollenspel: studieuitstap
- Verschillende zorginstellingen/hulporganisaties: :Doe-opdracht: observatie en medewerking in de zorginstelling
- Werking Moeders voor moeders: studieuitstap
Project 2:
- Leerplanstudie/Doelstellingen/Begrip competenties/Deelopdrachten voor de componenten
- Studieuitstap organiseren of gastspreker voorzien
- Evalueren binnen het IO
- Verbetersleutels opmaken van de deelopdrachten IO
- Uitwerken IO met componenten en vakoverschrijding binnen de IO-groep
- Daguitstap bedrijfsbezoek Kinderdag verblijf en Rust-en verzorgingstehuis
- Integratie van de opgedane informatie daguitstap en gastspreker in de deelopdrachten van het IO
- Realisatie van de voorziene deelopdracht praktijk Voeding
- Overbrenging naar Pp van het bedachte IO
- Presenteren van het IO
- Reflectie en zelfevaluatie over de ervaring opdracht IO van het IO-team
|
STUDIEMATERIAAL
|
Project 1:
- Studiewijzer Project 1
- Brochures overheid en onderwijs
- Brochures hulporganisaties
- Bijlagen rond mensenrechten: nota's van de lector SW
- Recepturen
- Schoolbib.
Project 2:
Studiewijzer IO Project 2
Leerplannen VVKSO/TSO/STW/ 3de graad
Doelenboek IO VVKSO
SAM-schaal: evaluatiemethode/criteria
Boek: 'Zo kan het ook': Competentieontwikkelend onderwijs
Schoolbib.: Het didactisch werkvormenboek: Variatie en differentiatie in de praktijk
Brochures/Videomateriaal, ... .
Informatie overheid
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
37
|
lesuren
|
47,44
|
practicum en oefeningen:
|
4
|
lesuren
|
05,13
|
vormen van groepsleren:
|
11
|
lesuren
|
14,10
|
studietijd buiten contacturen:
|
26
|
klokuren
|
33,33
|
Verdere toelichting:
Zie ook bij de korte omschrijving van het project.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
De projecten Major Voeding Verzorging staan op 100%, maar worden verdeeld onder beide projecten.
Verplichte aanwezigheid bij beide projecten is een vereiste om te kunnen slagen.
Het niet geslaagd zijn bij één van de onderdelen van beide projecten kan leiden tot het niet geslaagd zijn van één of twee project(en).
Wanneer een student een onvoldoende heeft voor één project, betekent dit dat de student niet geslaagd is voor het opleidingsonderdeel Project Voeding-Verzorging.
Project 1: 50%:
- Empatie, openheid en zorg: 30%
- Aanwezigheid: 30%
- Budgetvriendelijk koken: 10%
- SW: Cases mensen- en kinderrechten (5%) + budgettering autolening (5%): 10%
- Toelichting/presentatie van de ervaring in de zorginstelling: 10%
Project 2: 50%:
- Groepswerk: 10% (samenwerking, taakverdeling, organisatie)
SCHRIFTELIJKE PRESENTATIE:
- Deelopdrachten: 10% (componenten, uitschrijving, ingelaste studieuitstap/gastspreker)
- Geheel IO: 10% (inhoud, informatiebronnen, lay-out, creativiteit, werkvormen en didactisch materiaal, verbetersleutels)
- Voorziene evaluatie: 10% (wijze en variatie van het evalueren)
MONDELINGE PRESENTATIE:
- Presentatie IO: 10% (Pp, verdeling toedracht, mondelinge presentatie)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Tweede zit is niet mogelijk aangezien het bij beide projecten over een groepsprestatie gaat.
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Wetenschappelijke ondersteuning VV |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30298 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
26 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
De Ridder Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Mens en milieu is de theoretische cursus bij het vak verzorging en splits zich op in twee delen:
enerzijds het zorg dragen voor de mens: in het kader van deze cursus zien we alles over ziekte bij de mens anderzijds gaat dit ook over zorg dragen voor het milieu: hierin zien we lucht, water, afval
In een laatste hoofdstuk zien we ook iets over genetische gemanipuleerde organismen. De voornaamste punten die we bespreken zijn de invloed op voedsel, op het milieu.en op de gezondheid van de mens.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Kennis van de gezondheid van de mens in zijn natuurlijk milieu
- Milieubewust denken en handelen, juiste en objectieve informatie verwerven in de ingewikkelde milieuproblematiek en gezondheid van de mens kunnen kaderen in een breder perspectief
- voldoende inzicht in de materie verwerven om levenslang bij te kunnen leren. Begrijpen van artikels over deze materie
-
opmerking bij de algemene beroepsgerichte competenties: enkel 'toont maatschappelijke betrokkenheid ' is van toepassing
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Chemie eerste jaar
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Cursus van wetenschappelijke ondersteuning van 1ste en 2 de jaar
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
- studie van milieu
- Ozon, broeikaseffect, luchtvervuiling, waterverontreiniging- en bodemvervuiling, waterzuiveringsinstallaties, recyclage van afvalstoffen. Genetisch gemanipuleerde organismen en hun effect op milieu en gezondheid van de mens
- Mens en gezondheid
- De studenten krijgen inzicht in wat gezondheid, gezondheidszorg, verstoring in de gezondheid, kunnen betekenen.
-
- verstoring van de gezondheid
- stoornis in het dynamisch groeiproces :
- Erfelijke factoren
- Gedragsfactoren
- Omgevingsfactoren
- De strijd tegen de ziekteverwekkers
- natuurlijke middelen
- kunstmatige middelen
- uiterlijke kenmerken van de strijd tegen de ziekteverwekkers
|
STUDIEMATERIAAL
|
eigen samenstelling lector
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
22
|
lesuren
|
28,21
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
52
|
klokuren
|
66,67
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Schriftelijk examen in januari: 50% voor mens en 50% voor milieu
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Schriftelijk de leerstof van het hele semester en van de 2 onderdelen
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Biologie module 5 (incl. vakdidactiek) |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30284 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1 |
Aantal studiepunten: |
6 |
Wegingscoëfficient: |
6 |
Totaal aantal contacturen: |
78 |
Totaal studietijd: |
156 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Asselberg Rob
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Binnen de natuurwetenschappen heeft biologie een unieke plaats. Naast de beschrijving van de bouw en de functies van de levende wezens toont de biologie de plaats van de mens aan in dat groter geheel van het leven op aarde en leert ons inzicht te krijgen in de werking van ons eigen lichaam. Maatschappelijke problemen zoals milieuverstoring, overbevolking, racisme, bio-ethiek, gezondheid en duurzame ontwikkeling krijgen door de biologie een nieuwe en rationele invalsbasis.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- beseft dat de cel de basiseenheid is van het leven
- begrijpt het metabolisme van planten en dieren
- kan het ontstaan van de mens plaatsen in het groter geheel van de evolutie
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
biologie module 3-4
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
- de cel ls basiseenheid van leven
- stofuitwisseling tussen cellen en hun milieu
- chemische samenstelling van organismen
- stofwisseling en enzymen
- autotrofie
- voeding en vertering bij heterotrofe organismen
- aërobe en anaërobe energieproductie
- homeostase
- homeostatische functies van bloed en lymfe
- homeostatische functie van het afweersysteem
- homeostatische functie van nieren en lever
- structuur van chromatine en chromosomen in de cel
- doorgeven van DNA tijdens de celdeling
- mitose
- diversiteit in voortplanting
- voortplanting bij de mens (aanvullingen)
- ontstaan en evolutie van soorten
- excursie i.v.m. evolutie naar het KBIN in Brussel
- de beginselen van natuurwetenschappen (projectweek)
|
STUDIEMATERIAAL
|
- handboeken BIOgenie 5.2 (leerboek en werkboek)(2009)
- handboek BIOgenie 6.2 (leerboek)(2009)
- boek 'Planten & andere niet-dierlijke organismen' - Asperges e.a. (2002)
- boek 'Moderne dierkunde' - Bossier e.a. (1999)
- anatomiosche modellen, skelet mens
- levende planten en dieren
- teksten natuurwetenschappen
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
22
|
lesuren
|
13,92
|
practicum en oefeningen:
|
22
|
lesuren
|
13,92
|
vormen van groepsleren:
|
30
|
lesuren
|
18,99
|
studietijd buiten contacturen:
|
80
|
klokuren
|
50,63
|
Verdere toelichting:
- hoorcolleges
- werkcolleges
- praktijksessies
- excursie
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- permanente evaluatie van de praktijksessies (10%)
- verslag van de excursie (10%)
- schriftelijk examen (80%)
- deelname aan praktijksessies en excursies is verplicht (tenminste 60% om geslaagd te zijn in de betreffende module)
- deelname aan de projectweek (40%) verplicht
- schriftelijk examen natuurwetenschappen in juni (60%)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- schriftelijk (module 5)
- schriftelijk (natuurwetenschappen)
- de punten van de praktijksessies en excursie blijven behouden
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Project natuurwetenschappen |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30285 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 2 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
32 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Asselberg Rob
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Bij de natuurwetenschappelijke vorming staat de levende natuur centraal. Maar hierbij komen ook de noodzakelijke aspecten aan bod van de niet-levende natuur.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kan het verband inzien tussen levende en niet-levende natuur
- onder begeleiding bij een onderzoeksvraag gegevens verzamelen en volgens een voorgeschreven werkwijze een experiment, een waarneming of een meting uitvoeren
- gehanteerde wetenschappelijke concepten verbinden met dagelijkse waarnemingen, concrete toepassingen of maatschappelijke evoluties
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
- uit waarnemingen afleiden dat zowel de levende als de niet-levende natuur bestaan uit materie
- de massa van een hoeveelheid vaste stof en vloeistof bepalen
- het volume van een hoeveelheid materie bepalen
- een gegeven deeltjesmodel hanteren om experimentele en dagelijkse waarnemingen van materie te verklaren
- vanuit waarnemingen afleiden dat in een stof de deeltjes (moleculen) voortdurend in beweging zijn, waarbij de snelheid toeneemt bij toenemende temperatuur
- een mengsel van stoffen scheiden met een eenvoudige scheidingstechniek
- voorbeelden van materie herkennen als zuivere stof of mengsel als het bijbehorende deeltjesmodel gegeven is
- experimenteel aantonen dat energie kan omgezet worden van de ene vorm in een andere vorm
- de aggregatietoestanden verbinden met het juiste deeltjesmodel
- uit experimenteel onderzoek en uit dagelijkse waarnemingen afleiden dat stoffen uitzetten of inkrimpen bij temperatuursverandering
- de massa van een hoeveelheid gas bepalen
- uit waarnemingen en technische toepassingen uit de wereld van de techniek afleiden dat de mens in staat is om door stofomzettingen nieuwe moleculen te maken
- uit experimentele waarnemingen en technische toepassingen afleiden dat de vorm- en/of snelheidsverandering van een voorwerp veroorzaakt wordt door de inwerking van een kracht en afhangt van de grootte van die kracht
- de energieomzettingen weergeven in gegeven technische toepassingen
- uit experimentele waarnemingen en technische toepassingen afleiden dat transport van warmte-energie kan plaatsvinden door geleiding, convectie of straling
- verschijnselen en toepassingen uit het dagelijks leven in verband brengen met zichtbare en onzichtbare straling
|
STUDIEMATERIAAL
|
- voorwerpen uit de niet-levende natuur
- ontwerp van het leerplan natuurwetenschappen (2010-2011)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
09,68
|
practicum en oefeningen:
|
24
|
lesuren
|
38,71
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
30
|
klokuren
|
48,39
|
Verdere toelichting:
- hoorcolleges
- werkcolleges
- praktijksessies en demonstraties
- excursie
- een deel van de lessen en demonstraties zullen doorgaan tijdens module 1 (1LO), module 4 (2LO) en module 5 (3LO)
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- permanente evaluatie van de praktijksessies (20%)
- verslag van de excursie (20%)
- schriftelijk examen (60%)
- deelname aan praktijksessies en excursies is verplicht (tenminste 60% om geslaagd te zijn in de betreffende module)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- schriftelijk
- de punten van de praktijksessies en excursie blijven behouden
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Stage Voeding-verzorging 3 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30299 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 2 |
Aantal studiepunten: |
12 |
Wegingscoëfficient: |
12 |
Totaal aantal contacturen: |
0 |
Totaal studietijd: |
312 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Gotink Heidi Roland Kristien
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De pedagogische stage valt dit jaar volledig in het tweede semester en is gegroepeerd in verschillende blokstageswaarbij van de student een grote zelfstandigheid gevraagd wordt. De student doorloopteen blokstage van 4 weken gevold door een blokstage van 3 weken waarbij zowel voor de major als voor de minor stage gedaan wordt. (9u per week voor de major en 5u per week voor de minor). Daarna volgt een blokstage van 3 weken waarbij de student ervaring kan opdoen in het BuSO of in het Deeltijds Onderwijs.
Belangrijk tijdens deze stages is dat de student actief experimenteert met het onderwerp van zijn portfolio.
Voor de major verdiept de student zich in de lesinhouden van de derde graad, aangevuld met de eerste en de tweede graad. Op didactisch vlak toont hij dat hij interactieve werkvormen kan hanteren en gepast kan differentiëren ifv de beginsituatie.
De student wordt tijdens de eerste en de tweede blokstage door een lectore van de Plantijnhogeschool bezocht. In samenspraak met de mentoren van de stageschool wordt per blokstage een afsluitend evaluatiedossier opgesteld.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO314 Werkt doelgericht.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO316 Evalueert leerlingen deskundig.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- de student weet zich zowel op administratief, leerbevorderend, taakgebonden, interactief als persoonsgebonden vlak te profileren als een adequate leerkracht
- de student profileert zich als een volwaardig lid van een team
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geslaagd zijn voor het tweede opleidingsjaar
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
regelmatige student zijn van het derde opleidingsjaar
pedagogische stages van het eerste en het tweede opleidingsjaar
|
Andere begincompetenties
|
bereidheid om te reflecteren en het eigen functioneren bij te sturen
|
LEERINHOUDEN
|
- het realiseren van een zelfstandige opdracht over meerdere weken voor de vakken van de major in de derde graad, aangevuld met de eerste en de tweede graad
- uitdieping en toetsing aan de praktijk van het portfolio-onderwerp
|
STUDIEMATERIAAL
|
- basiscursussen uit de opleiding gelden als bronnenmateriaal
- behandelde leerinhouden van het derde opleidingsjaar
- leerplannen en eindtermen
- handboeken en leerlingenteksten
- vakliteratuur!
- observatieopdrachten
- leerpunten aangereikt door de mentoren en stagebegeleiders
- eigen reflecties
- theoretische achtergronden rond het portfolio-onderwerp
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
312
|
klokuren
|
100,00
|
Verdere toelichting:
De visie op de stage, de specifieke opdracht, de begeleiding en evaluatie van de stage zijn uitgebreid beschreven in het stagevademecum.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- beoordelingscriteria en -procedure zie stagevademecum
- de student wordt beoordeeld op de groei die hij doormaakte gedurende de 2 blokstages. Als ondersteuning van deze evaluatie gelden de stagedossiers. De stagebegeleider heeft de student gevolgd in de eerste én tweede blokstage en stelt in samenspraak met de mentoren een eindevaluatie op.
- er mag geen onvoldoende gescoord worden op één van de volgende items: administratie, leerbevorderend, taakgebonden, interactief en persoonsgebonden gedrag.
- breekpunten moeten verworven zijn
- voor opgegeven aandachtspunten heeft de student voldoende nieuwe vaardigheden verworven
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
geen herkansing mogelijk
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Stage biologie 3 |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30287 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 2 |
Aantal studiepunten: |
6 |
Wegingscoëfficient: |
6 |
Totaal aantal contacturen: |
0 |
Totaal studietijd: |
156 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Roland Kristien
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De pedagogische stage valt dit jaar volledig in het tweede semester en is gegroepeerd in verschillende blokstages waarbij van de student een grote zelfstandigheid gevraagd wordt. De student doorloopt een blokstage van 4 weken gevolgd door een blokstage van 3 weken, waarbij zowel voor de vakken van de major als voor de vakken van de minor stage gedaan wordt: 9u per week voor de major, 5u per week voor de minor. Daarna volgt een blokstage van 3 weken waarbij de student ervaring kan opdoen in het BuSO of in het Deeltijds Onderwijs.
Een belangrijk aandachtspunt tijdens deze stages is dat de student actief experimenteert met het onderwerp van zijn portfolio!
Voor de minor verdiept de student zich in de lesinhouden van de eerste én de tweede graad. Op didactisch vlak toont hij dat hij interactieve werkvormen kan hanteren en gepast kan differentiëren in functie van de beginsituatie. Op relationeel/interactief vlak toont de student een omgang met leerlingen die aangepast is aan hun ontwikkelingsniveau.
De student wordt tijdens de eerste en de tweede blokstage door een lector van de Plantijnhogeschool bezocht. In samenspraak met de mentoren wordt per blokstage een afsluitend evaluatiedossier opgesteld. Deze dossiers vormen het uitgangspunt voor de eindevaluatie van de stage minor.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO314 Werkt doelgericht.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO316 Evalueert leerlingen deskundig.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- de student weet zich zowel op administratief, leerbevorderend, taakgebonden, interactief als persoonsgebonden vlak te profileren als een adequate leerkracht
- de student profileert zich als een volwaardig lid van een team
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
groeiportfolio en stage van het 2de jaar
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
bereidheid om te reflecteren en het eigen funtioneren bij te sturen
|
LEERINHOUDEN
|
- het realiseren van een zelfstandige opdracht over meerdere weken voor de vakken van de minor in de eerste én de tweede graad.
- uitdieping en toetsing van het portfolio-onderwerp
|
STUDIEMATERIAAL
|
- basiscursussen uit de opleiding dienen als bronnenmateriaal
- behandelde leerinhouden van het derde opleidingsjaar
- leerplannen en eindtermen
- handboeken en leerlingenteksten
- vakliteratuur!
- observatieopdrachten
- leerpunten aangereikt door de mentoren en de stagebegeleiders
- eigen reflecties
- theoretische achtergronden rond het portfolio-onderwerp
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
156
|
klokuren
|
100,00
|
Verdere toelichting:
De visie op de stage, de specifieke opdracht, de begeleiding en evaluatie van de stage zijn uitgebreid beschreven in het stagevademecum.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- beoordelingsprocedure en -criteria zie stagevademecum
- de student wordt beoordeeld op de groei die hij doormaakte gedurende de eerste en tweede blokstage. Als ondersteuning van deze evaluatie gelden de stagedossiers. De stagebegeleider heeft de student gevolgd in de eerste én tweede blokstage en stelt in samenspraak met de mentoren een eindevaluatie op.
- er mag geen onvoldoende gescoord worden op één van de volgende items: administratief, leerbevorderen, taakgebonden, interactief, persoonsgebonden gedrag.
- breekpunten moeten verworven zijn.
- voor opgegeven aandachtspunten heeft de student voldoende nieuwe vaardigheden verworven.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
geen herkansing mogelijk
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Buso-stage |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30288 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 2 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
0 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Roland Kristien
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De pedagogische stage valt dit jaar volledig in het tweede semester en is gegroepeerd in verschillende blokstages waarbij van de student een grote zelfstandigheid gevraagd wordt. De student doorloopt een blokstage van 4 weken gevolgd door een blokstage van 3 weken waarbij zowel voor de vakken van de major als voor de vakken van de minor stage gedaan wordt. Daarna volgt een blokstage van 3 weken waarbij de student ervaring kan opdoen in het BuSO of in het Deeltijds Onderwijs.
Belangrijk tijdens deze stages is dat de student actief experimenteert met het onderwerp van zijn portfolio!
De student krijgt in zijn BuSO- of DO-stage de kans om kennis te maken met de specificiteit van deze doelgroepen. Lesinhouden en didactische werkvormen dienen aangepast te worden aan het doelpubliek. Ook de omgang met deze jongeren verschilt met deze in het gewoon secundair onderwijs. Relationele en interactieve vaardigheden komen scherper op de voorgrond. Om deze aanpassing vorm te kunnen geven, wordt de student in het eerste semester een workshop aangeboden rond de specificiteit van het BuSO en DO. Daarnaast observeert de student tijdens de stage gedurende 12u de werking van het BuSO of DO. Daarna volgt een doe- en participatiestage van 24u. De totale stage is gespreid over 3 weken.
De stagebegeleider van de Plantijnhogeschool zal het functioneren van de student bespreken met de mentoren. Op basis daarvan wordt op het einde van deze stage een evaluatiedossier opgesteld.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO314 Werkt doelgericht.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO316 Evalueert leerlingen deskundig.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- de student weet zich op administratief, leerbevorderend, taakgebonden, interactief, persoonsgebonden vlak te profileren als een adequate leerkracht
- de student profileert zich als een volwaardig lid van een team
- de student verdiept zich in de specificiteit van jongeren in het BuSO of DO
- de student kan zijn pedagogisch-didactisch handelen afstemmen op de specifieke doelgroep
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geslaagd voor groeiportfolio en stage van het 2de jaar
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
|
Andere begincompetenties
|
bereidheid om te reflecteren en het eigen functioneren bij te sturen
bereidheid om zich aan te passen aan de specifieke eisen van de doelgroep
|
LEERINHOUDEN
|
- voorbereidende workshop van 4u rond BuSO en DO met verwerkingsopdracht
|
STUDIEMATERIAAL
|
Basiscursussen uit de opleiding gelden als bronnenmateriaal.
Behandelde leerinhouden van het derde opleidingsjaar.
Leerplannen en eindtermen.
Handboeken en leerlingenteksten.
Vakliteratuur!
Observatieopdrachten.
Leerpunten aangereikt door mentoren en stagebegeleiders.
Eigen reflecties.
Theoretische achtergronden rond het portfolio-onderwerp.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
78
|
klokuren
|
100,00
|
Verdere toelichting:
De visie op de stage, de specifieke opdracht, de begeleiding en evaluatie van de stage zijn uitgebreid beschreven in het stagevademecum
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- beoordelingsproceduren en -criteria zie stagevademecum
- de student wordt beoordeeld op de groei die hij gedurende deze stage doormaakte. Een belangrijk criterium is de flexibiliteit van de student om zich aan te passen aan de eisen van de specifieke doelgroepen. De stagebegeleider stelt in overleg met de mentoren een eindevaluatiedossier op.
- er mag geen onvoldoende gescoord worden voor het adminstratief, leerbevorderend, taakgebonden, interactief, persoonsgebonden gedrag
- breekpunten moeten verworven zijn
- voor opgegeven aandachtspunten heeft de student voldoende nieuwe vaardigheden verworven
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Geen herkansing mogelijk
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Portfolio |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30289 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1-2 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
15 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Ihmsen Hans Roland Kristien
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De student kiest een thema uit één van de gekende basiscompetenties van de lerarenopleiding.De concrete leservaring en gedane zelfreflecties tijdens de stage van het derde jaar nemen hierbij een centrale plaats in. De student stelt op een creatieve wijze, na theoretische verdieping van het onderwerp via opzoekwerk van wetenschappelijke bronnen een dossier samen waarbij de competentie-groeiontwikkeling mooi volgbaar wordt. Dit project zal tesamen met een didactisch werkstuk van het uitgewerkt thema mondeling verdedigd worden voor een jury-deskundigen en voor de collega's studenten .
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO313 Bezit leerlinggerichte didactisch-methodische competenties.
- SO314 Werkt doelgericht.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO316 Evalueert leerlingen deskundig.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO318 Creëert een krachtige leeromgeving.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. De student geeft reflectie van een persoonlijk proces qua leerinhouden en attitudes/ evolutieverslag van de persoonlijke groei via gemaakte reflecties tijdens de stage en de studieloopbaan. 2. De student kan een planning opmaken/ tijdschema naleven. 3. De student kan onberispelijk schriftelijk verslag maken en een vlotte, assertieve mondelinge verdediging houden. 4. De student kan actueel, vernieuwend en creatief werken.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
- De stage van het tweede jaar met goed gevolg afgelegd.
- De verschillende competenties van de lerarenopleiding dienen reeds voldoende aanwezig te zijn, met name het persoonsgebonden gedrag, het interactief gedrag, het taakgebonden gedrag (algemeen en vaktechnisch), het leerbevorderend gedrag.
- In de portfolio komt dit alles tot een geïntegreerd geheel.
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
- Portfolio en stage derde jaar zijn altijd gecombineerd
- De portfolio is gelinkt aan de praktijkstage van het derde jaar.
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
- Theorie portfolio.
- Verdieping van de specifieke opdracht naar de keuze van de competenties.
- Bronnenonderzoek.
- Wetenschappelijke bronnen citeren.
- Het maken van een verzorgde, schriftelijke neerslag met bijzondere aandacht voor spelling.
- Mondelinge presentatie.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Boek: Meeus, W., Van Looy, L., Portfolio zonder blozen, Garant, Antwerpen, 2005.
- Basistekst-opdracht: 'portfolio in de lerarenopleiding'.
- Wetenschappelijke tekst over "Hoe reflecteren en het opmaken van een reflectieverslag"
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
14
|
lesuren
|
17,95
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
63
|
klokuren
|
80,77
|
Verdere toelichting:
- Interactieve hoorcolleges.
- Bibliotheekbezoek.
- Individuele begeleidingsmomenten.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Evaluatie door een jury van de portfolio
- Holistische benadering van de schriftelijke neerslag en de mondelinge presentatie met voorstelling van het toegepaste didactisch werkstuk.
- De portfolio wordt in juni naar voor gebracht
- Voor 100% van de punten
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- Wanneer de portfolio ontoereikend wordt geacht in de eerste examenperiode krijgt de student een concrete, specifieke opdracht om een onvoldoende uitgewerkt onderdeel van de portfolio opnieuw te behandelen.
|
|
| |
|
3 Onderwijs: secundair onderwijs - 3VOBI - Onderdelen - Coaching |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
SO:Onderwijs: secundair onderwijs |
Code: |
30290 |
Academiejaar: |
2009-2010 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Semester 1-2 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
50 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Dries Michel Ihmsen Hans Roland Kristien
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Coachingsvaardigheden zijn heel belangrijk als leerkracht. Resultaatgericht en innovatief werken vraagt heel veel begeleiding van leerlingen en veel samenwerking. Daarvoor is het nodig dat je jouw leerlingen en collega’s kan coachen. Met coachen bedoelen we dan begeleiden en ondersteunen bij de uitvoering van taken, maar ook bij ontwikkeling en leren. Dit opleidingsonderdeel is sterk ervaringsgericht uitgebouwd.
Tijdens enkele inleidende workshops ontwikkel je eerst een kennisbasis met betrekking tot coachen. Daarbij wordt uitgegaan van cases die de lector aanbrengt, zowel in woorden (teksten, verhalen) als beelden (video). Maar ook van je eigen ervaringen en die van medestudenten. Besprekingen per twee en in groepjes wisselen af met praktijkgerichte oefeningen en momenten waarbij je samen met medestudenten en de lector de nieuwe inzichten structureert en voor jezelf verwerkt. Dan kies je voor een coachingstraject dat je zelfstandig uitvoert. Het grootste deel van de studietijd gaat naar het voorbereiden en uitvoeren van dit coachingstraject in de praktijk. Je komt nog wel in groep samen voor ervaringsuitwisseling en intervisie.
In een logboek hou je je leervorderingen bij.
Bij de evaluatie van het opleidingsonderdeel kan je vrij gebruik maken van je logboek. Je geeft dan weer welke inzichten en competenties je ontwikkelde met betrekking tot resultaatgericht en waarderend coachen van anderen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- SO101 Handelt integer en respectvol.
- SO102 Is flexibel in denken en handelen.
- SO103 Geeft blijk van verantwoordelijkheidszin.
- SO104 Kan zichzelf kritisch evalueren en ontplooit zich verder.
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- SO205 Stelt zich assertief op.
- SO206 Heeft empathisch vermogen, toont openheid en zorg.
- SO207 Kan samenwerken met collega's en stagementoren.
- SO208 Verzorgt zijn taal, drukt zich duidelijk uit, structureert de boodschap.
- SO209 Kan analytisch denken en zich een oordeel vormen.
- SO210 Toont maatschappelijke betrokkenheid en is vernieuwingsgericht.
- SO211 Creatief zijn.
- SO212 Kan organiseren.
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- SO314 Werkt doelgericht.
- SO315 Kan emanciperend werken.
- SO316 Evalueert leerlingen deskundig.
- SO317 Werkt leerlinggericht.
- SO319 Kan omgaan met diversiteit.
- SO320 Bezit kennis, inzichten, vaardigheden en attitudes in de vakdomeinen die in de opleiding aan bod komen.
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Sterkten in het coachen van zichzelf kennen.
- Coachingscompetenties ontwikkelen om zelfontwikkeling en leren bij anderen uit te lokken en te ondersteunen.
- Kunnen aangeven welke plaats coahingscompetenties hebben in het werkveld.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
- Projectweek algemene vakken van het 2de opleidingsjaar.
- Communicatieve vaardigheden van het 2de opleidingsjaar.
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
- Projectweek algemene vakken van het 2de opleidingsjaar.
- Communicatieve vaardigheden van het 2de opleidingsjaar.
|
Andere begincompetenties
|
De eigen werkzaamheden in handen nemen en houden.
Oriënteren op; plannen van; bijsturen van; en reflecteren op de organisatie van de eigen activiteiten.
|
LEERINHOUDEN
|
- Wat is coaching? (basisprincipes)
- Eigen sterkten als basis voor coachen.
- Basishoudingen: echtheid, inleven, waarderen en bekrachtigen, toelaten, goesting doen krijgen, ontspannen, aanvaarden,...
- Gespreksvaardigheden: actief luisteren, vragen en doorvragen, feedback geven en ontvangen, betrokken confronteren, afbakenen, uitdagen en inspireren.
- Structuur van een coachingsgesprek.
- Valkuilen bij coachen.
- Belemmeringen die bij een coachee in de weg kunnen staan voor een resultaatgerichte zelfsturing.
- Grenzen van coachen.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Handouts per workshop
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
07,69
|
practicum en oefeningen:
|
30
|
lesuren
|
38,46
|
vormen van groepsleren:
|
14
|
lesuren
|
17,95
|
studietijd buiten contacturen:
|
28
|
klokuren
|
35,90
|
Verdere toelichting:
·
Motiverende startworkshop (2 uur): plenair, per twee en in groepjes: Uitleg visie (expertenmodel vs begeleidingsmodel); uitleg drie trajecten; keuze maken (top 2). 9-10 studenten per traject. (IHM)
·
2 thematische workshops rond basishoudingen en gespreksvaardigheden, structuur van een coachingsgesprek, … (telkens 4 uur): met cases, zelfontdekkend leren, eenvoudige coachingsopdrachten, soms rollenspel, intervisie en groepsleren. (ROK).
·
1 inleidende workshop ter ondersteuning van het coachingstraject waarvoor je kiest (4 uur). Rond studiekeuze- en beroepskeuzebegeleiding (DRM), rond vakgerichte studiebegeleiding, rond studievaardigheden en leren leren (IHM), rond huiswerkbegeleiding voor IQRA (IQRA zelf).
·
Uitvoeren van coachingsopdracht (en). (30 u)
o
Leerbegeleiding van eerstejaarstudenten.
Op basis van de LeMo-test krijgt elke student een aantal 1e jaars studenten toegewezen. De student houdt zelf bij hoe hij zijn begeleidingsuren heeft ingevuld (30 begeleidingsuren). Begeleiding is een combinatie van groepsbegeleiding en individuele begeleiding.
o
Studiekeuze- en beroepskeuzebegeleiding in Provinciaal instituut Sint-Godelieve.
De studenten worden ingezet om twee halve dagen te organiseren in het kader van keuzebegeleiding. De hele groep van studenten verzorgen gezamenlijk voor klassen in secundaire scholen twee halve dagen. (Hoekenwerk). (totaal: 8u begeleiding per student). Afhankelijk van de vraag van secundaire scholen kunnen onze studenten meerdere klassen twee halve dagen opvangen. De rest van het totaal van 30 begleidingsuren gaan de studenten invullen met groepsgesprekken of individuele begeleiding voor de GIP.
o
Huiswerkbegeleiding in lager of secundair onderwijs: in samenwerking met een externe organisatie (IQRA). (10 x 3u)
·
Verwerking in een logboek: - eigen samenvattingen van theoretische inzichten, - voorbereiding van coachingsactiviteiten - feedback van coachees (gecoachten) - zelfreflectie en zelfevaluatie na de uitvoering
·
Tussentijdse intervisiebijeenkomst in groepjes (2 uur)
o
IQRA: ROK
o
Keuzebegel.: DRM
o
Leerbegel.: IHM
·
Slotbijeenkomst: successen en leerpunten benoemen, realisaties uitwisselen en bekrachtigen (4 uur). De week voor de examens (IHM, DRM, ROK samen)
Mondeling evaluatiegesprek Halve dag: ROK, DRM & IHM elk 9-10 studenten.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Algemene eisen:
Aanwezigheid is verplicht. Je kan niet slagen voor het opleidingsonderdeel coachen indien je afwezig bent voor de uitvoering van de coachingsopdracht (werkveld). Indien je afwezig bent voor één van de sessies die georganiseerd worden op de hogeschool (inleiding, workshops, intervisie- en slotbijeenkomst) dient een bijkomende opdracht uitgevoerd te worden.
a. Presentatie van het coachingstraject tijdens de slotbijeenkomst (20%)
Evaluatiecriteria:
- Degelijke schets van de uitgevoerde begeleiding en de concrete aanpak
- Goede verantwoording van de aanpak vanuit de geschetste theorie
- Waardevolle tips en aandachtspunten voor het toekomstig coachingstraject in de lerarenopleiding
- Creativiteit van de presentatie.
- Taakverdeling (Peer-assessment)
b. Uitwerking van de coachingskaft: (logboek + bijlages) (60%)
Evaluatiecriteria:
- Volledigheid
- Doorleefdheid
- Grondigheid
- Argumentatie
- Structuur
c.
Mondeling gesprek (20%)
Tijdens een mondeling gesprek licht je jouw uitgewerkte coachingskaft toe en toon je aan hoe de workshops en wat je las over coachen jou al dan niet inspireerden bij het ontwikkelen van je coachingscompetenties.
Evaluatiecriteria
-
Je kan doorleefd vertellen waar het om gaat bij coachen.
-
Je kan aangeven welke basishoudingen en gespreksvaardigheden zinvol zijn om anderen resultaatgericht en waarderend te coachen. En welke je zelf al bezit of ontwikkelde. Je verwijst daarbij naar de workshops
-
Je kan coachingscompetenties een plaats geven in het werkveld waartoe je opgeleid wordt.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Inhalen is niet mogelijk omdat het ontwikkelen van coachingscompetenties niet gerealiseerd en begeleid kan worden naar een tweede examenperiode toe.
|
|
| |
|
|
|
|
|
|
|
|
|