ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Frans 3
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
Code: 00269
Academiejaar: 2009-2010
Type: kern
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: Semester 1
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 1
Totaal aantal contacturen: 344
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1 of 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Frans
Lector(en): Leemans Hilde


 

KORTE OMSCHRIJVING
Je hebt reeds een stevige grammaticale kennis opgebouwd. Aan de veel gemaakte fouten wordt nog via zelfstudie gesleuteld. Je hanteert vlot hulpmiddelen als woordenboek, grammatica en internetbronnen. Je vindt je weg in het Franstalige medialandschap. Het vakjargon heb je onder de knie. Met die bagage ben je in staat zelfstandig mondelinge en schriftelijke opdrachten te vervullen binnen je pecialisatie. Je kan daarbij rekenen op begeleiding van je lector.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JO103 De student kan meertalig communiceren.
  • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JO206 De student kan teamgericht werken.
  • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
Beroepsspecifieke competenties
  • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
  • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

   De student kan de belangrijkste actuele thema's mondeling toelichten

  • De student kan de basiswoordenschat van elk thema gebruiken.
  • De student kan grammaticaal correcte vragen stellen.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
  • Frans 2

Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

Geen


Andere begincompetenties

interesse voor de Franse taal


LEERINHOUDEN
  • Woordenschat van de belangrijkste actuele thema's
  • Mondelinge oefeningen in functie van de specialisatie.

STUDIEMATERIAAL
  • syllabus
  • werkboek : Les 1000 mots de l'info

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

2

 lesuren

  02,10

practicum en oefeningen:

12

 lesuren

  12,59

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

78

 klokuren

  81,85

Verdere toelichting:

Praktische oefeningen : mondelinge groepsoefeningen in functie van de specialisatie

  • individuele mondelinge oefening
  • discussie.

 Grammatica : vraagstelling en praktische oefeningen .  


EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Praktische oefeningen tijdens het jaar:  10 .5 punten.
  • Bij afwezigheid bij permanente evaluatie , dan mag je dit inhalen indien je afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Tijdig wil zeggen binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. Je maakt zelf een afspraak met de lector omtrent de wijze en het tijdstip waarop je dit onderdeel kan inhalen.
  • Mondeling examen:  : 9.5 punten " les grands reporters " van Alexandre Janvier  lezen en bespreken : mondelinge bespreking en schriftelijk dossier 

 


tijd voor examinering
uren
3.30

%
 
 03,46

Tweede examenperiode

Mondeling examen: 20 punten ( eigen dossier over een bepaald onderwerp ).

 

 

3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Engels 3
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
Code: 00270
Academiejaar: 2009-2010
Type: kern
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: Semester 1
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 1
Totaal aantal contacturen: 64
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1 of 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Engels
Lector(en): Goossens Erik


 

KORTE OMSCHRIJVING
Je leert je perfect mondeling uitdrukken zodat je later telefoongesprekken en interviews vlot in het Engels aankan. Zelfs op onverwachte momenten. Je bestudeert zelfstandig een aantal aspecten van het Engelstalige medialandschap. Je herkent specifieke uitspraakproblemen voor advanced speakers. En je kan Engelstalige berichten synthetiseren, structureren en omzetten naar een correct Nederlands journalistiek product. Ook onder tijdsdruk!

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JO102 De student kan creatief denken.
  • JO103 De student kan meertalig communiceren.
  • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
Beroepsspecifieke competenties
  • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
  • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
  • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De studenten bereiken het niveau van 'advanced English' op vlak van mondelinge en schriftelijke taalreceptie en -productie.
  • De studenten kunnen zelfstandig werken: zowel voor uitspraak, taalkundige en redactionele opdrachten erkennen ze waar de problemen liggen en hoe ze een oplossing voor die problemen kunnen vinden.
  • De studenten kunnen Engelstalige nieuwsberichten vlot synthetiseren en omzetten naar het Nederlands.
  • De studenten kunnen zelfstandig het Britse en Amerikaanse medialandschap onderzoeken a.d.h.v. internetresearch.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
Engels 2.
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
Geen.
Andere begincompetenties

Bereidheid tot zelfstandige lectuur.

Openheid om naar elkaar te luisteren in groepsdebatten.

Bereidheid tot samenwerken in kleine groepjes. 


LEERINHOUDEN

Dit opleidingsonderdeel wordt voornamelijk ingevuld met het verwerven van taalvaardigheid in functie van het toekomstige journalistieke beroep: uitgangspunt is dat de studenten Engelstalige bronnen vlot kunnen gebruiken, begrijpen, synthetiseren, omzetten naar het Nederlands.

Om dit te bereiken wordt in de klas gewerkt met een viertal modules : 

  •  uitspraakmodule (met aandacht voor specifieke problemen voor Nederlandstalige 'gevorderde' sprekers)
  • vertaalproblematiek (specifieke woordenschat en grammatica, vertalen van telexen, krantenberichten en AV-bronnen)
  • mondelinge oefeningen uit de journalistieke praktijk o.a. redactievergaderingen en interviews (in groep en individueel)
  • synthetiseren en schrijfoefeningen (e-mails e.a.) 

 

De studenten werken zelfstandig aan een aantal opdrachten ter voorbereiding van het mondelinge en schriftelijke deelexamen : toelichting wordt gegeven in module 5.


STUDIEMATERIAAL
  • Syllabus met 5 modules
  • Notities
  • Grammatica : Grip on Grammar (cfr. 1 en 2 Journalistiek)
  • Audiovisueel materiaal en online informatie

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

4.5

 lesuren

  06,12

practicum en oefeningen:

15

 lesuren

  20,41

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

50

 klokuren

  68,03

Verdere toelichting:
Geen.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Schrijfopdrachten (samenvatting, vertaaloefening en e-mail): 20 %.
  • Schriftelijke test/examen (woordenschat uit de media, grammaticale problemen, vertaaloefening):    20 %.
  • Mondelinge opdrachten (permanente evaluatie van interviews, debatten en individuele opvolging): 20 %.
  • Mondeling examen (analyse van een Engelstalig medium + follow-up van een actueel nieuwsfeit):   40 %.
  • Bij elk deelexamen wordt per zware fout een punt extra afgetrokken van de score van het deelexamen. De scores van het deelexamen worden mathematisch opgeteld. Er bestaat een exhaustieve lijst van zware fouten: zie 'Mistakes never to be made' in syllabus, module 4.
  • Voor een taak die niet of te laat wordt afgegeven, krijg je een 0 op die taak. De scores van de taken worden mathematisch opgeteld. 
  • Als je afwezig bent op een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks, dan mag je dat deelexamen inhalen indien je afwezigheid gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorg je aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken lector, en dit binnen de vijf werkdagen vanaf je eerste ziektedag. Je maakt zelf een afspraak met de lector omtrent het tijdstip en de wijze waarop je het deelexamen kan inhalen. Indien je binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, ben je ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op dat deelexamen.
  • Als je uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleeg je een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 t/m 97 van het OER.) 

tijd voor examinering
uren
4

%
 
 05,44

Tweede examenperiode
  • Je herhaalt enkel die deelexamens waarvoor je niet geslaagd was in de eerste examenperiode.
  • Punten voor een deelexamen waarvoor je tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode.
  • Permanente evaluatie is tijdens de vakantie onmogelijk, daarom wordt dit onderdeel tijdens de tweede examenperiode niet beoordeeld.

 

 

 

3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Vierde taal: Spaans 3
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
Code: 00272
Academiejaar: 2009-2010
Type: keuze
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: Semester 1
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 1
Totaal aantal contacturen: 28
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1 of 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Spaans
Lector(en): Vanhout Els


 

KORTE OMSCHRIJVING
Het opleidingsonderdeel Spaans 3 richt zich op de Spaanstalige media (print en AV) en de belangrijkste onderwerpen en problemen. Je leest Spaanstalige persberichten en artikels; je kan op basis van een Spaanstalige bron een nieuwsbericht in het Nederlands schrijven.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JO103 De student kan meertalig communiceren.
  • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JO206 De student kan teamgericht werken.
  • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
Beroepsspecifieke competenties
  • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
  • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
  • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student kan zich zowel mondeling als schriftelijk in het Spaans uitdrukken.
  • De student kan Spaanstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
  • De student kan woordenboeken en grammatica efficiënt raadplegen.

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
  • Spaans  2    

Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

Andere begincompetenties
geen
LEERINHOUDEN
  • herhaling grammatica 1ste en 2de jaar en woordenschat
  • formele e-mail
  • statuut en problemen van het beroep van journalist in Spanje
  • kennis en actualiteit van de Spaanstalige pers (print / radio en tv)
  • spreek- en schrijfoefeningen   

     

 


STUDIEMATERIAAL
  • Cursus Spaans 3
  • Internet en woordenboeken

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

6

 lesuren

  05,66

practicum en oefeningen:

20

 lesuren

  18,87

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

78

 klokuren

  73,58

Verdere toelichting:

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • permanente evaluatie: schriftelijke oefeningen : correo formal / artikel schrijven / conversatieoefeningen  6 p. 
  • Als de student afwezig is voor een mondelinge of een schriftelijke proef, dan mag hij deze proef inhalen indien de afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorgt hij aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken lector, en dit binnen de 5 werkdagen vanaf de eerste ziektedag. De student maakt zelf een afspraak met de lector omtrent de wijze en het tijdstip waarop hij deze proef inhaalt. Indien hij binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijgt hij geen punten op deze proef.
  • schriftelijk examen: dossier journalistiek onderwerp  7p
  • mondeling examen : presentatie dossier journalistiek onderwerp 7p

tijd voor examinering
uren
2

%
 
 01,89

Tweede examenperiode

 schriftelijk examen over de geziene cursus  3 JOU    20p

 

 

3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Vierde taal: Duits 3
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
Code: 00271
Academiejaar: 2009-2010
Type: keuze
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: Semester 1
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 1
Totaal aantal contacturen: 26
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1 of 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Duits
Lector(en): Vanderhaeghen Wilfried


 

KORTE OMSCHRIJVING

Het opleidingsonderdeel Duits 3 richt zich vooral op de alledaagse journalistieke praktijk. Je vertaalt tegen de klok persberichten van het Duitse persagentschap DPA naar het Nederlands. Je bekijkt en beluistert tv- en radioreportages, en vat ze meteen kort in het Duits samen. Je kan op basis van om het even welke Duitstalige bron een nieuwsbericht schrijven in het Nederlands. Daarnaast schenk je ook aandacht aan het Duitse medialandschap.

 


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JO103 De student kan meertalig communiceren.
Algemene beroepsgerichte competenties
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan zich zowel mondeling als schriftelijk vlot in het Duits uitdrukken.
    • De student kan de actualiteit in Duitsland volgen en situeren.
    • De student kan Duitstalige online-telexberichten in real time omzetten naar Nederlandstalige telexberichten.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    •       Duits 2

    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    geen
    Andere begincompetenties
    geen
    LEERINHOUDEN
    kennis Duitstalig medialandschap
    STUDIEMATERIAAL
    • cursus Duits 3
    • schriftelijke en mondelinge oefeningen

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    2

     lesuren

      02,45

    practicum en oefeningen:

    22

     lesuren

      26,96

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    55.6

     klokuren

      68,14

    Verdere toelichting:
    geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • 4 x 5% (=20%) schriftelijk deelexamen in de loop van het eerste semester. Als de student afwezig is op een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks, dan mag hij dat deelexamen inhalen indien zijn afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorgt hij aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken lector, en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. De student maakt zelf een afspraak met de lector omtrent de wijze en het tijdstip waarop hij het deelexamen kan inhalen. Indien hij binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij onwettig afwezig en krijgt hij geen punten op dat deelexamen.
    • 40% schriftelijk januari-examen
    • 40% mondeling januari-examen

    tijd voor examinering
    uren
    2

    %
     
     02,45

    Tweede examenperiode
    • 40% schriftelijk examen
    • 40% mondeling examen
    • 20% schriftelijke opdracht juli-augustus

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Actua
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 00273
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: kern
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 31
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Rombouts Veerle


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    Net zoals iedere journalist moet je de actualiteit volgen, begrijpen en duiden. Wekelijks debatteren we over de belangrijkste nieuwsitems. Daarvoor volg je de binnen- en buitenlandse media.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De studenten kunnen samenwerken in groep en op een creatieve manier de actualiteit brengen en duiden.
    • De studenten leren discussieren ,  argumenteren en debatteren.
    • De studenten leren uit het zeer grote nieuwsaanbod  te selecteren en een specifieke invalshoek  te kiezen

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    Geslaagd zijn voor Politieke en culturele actualiteit 2 jou
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    geen
    Andere begincompetenties
    geen
    LEERINHOUDEN

    de actualiteit ( binnenlandse en buitenlandse actualiteit)


    STUDIEMATERIAAL

    De  binnenlandse kranten en nieuws-en duidingsprogramma's.

    De belangrijkste buitenlandse nieuwskanalen.


    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    26

     lesuren

      63,41

    practicum en oefeningen:

    2

     lesuren

      04,88

    vormen van groepsleren:

    3

     lesuren

      07,32

    studietijd buiten contacturen:

    10

     klokuren

      24,39

    Verdere toelichting:

    De studenten werken in groep.zij selecteren uit het nieuws van de afgelopen week het voor hen interessante nieuws.zij kiezen een invalshoek engeven diuding bij de gekozen nieuwsitems.

    Zij brengen dit "nieuws" voor de grote groep en stellen vragen en gaan in op vragen uit de klas.

    Zij leiden de discussie. 

     Zij geven een dossier af waarin zij hun selectie motiveren en hun bronnen geven en becommentarieren.


    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • permanente evaluatie
    • er wordt gesanctioneerd bij gebrekkige samenwerking en ongewettigde afwezigheid
    • 10 punten op presentatie
    • 5 punten op dossier
    • 5 punten op medewerking tijdens presentatie
                                                    
                                                   

    tijd voor examinering
    uren

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode
    Individuele paper over een actueel onderwerp, met mondelinge presentatie

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Wetgeving en deontologie
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 3PV10
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: kern
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 26
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Herroelen Patrick


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    Persvrijheid zonder grenzen? Ook als journalist ben je gebonden aan allerlei wetten en morele regels. Je mag bijvoorbeeld niet zomaar in iemands privé-leven gaan snuffelen. Maar anderzijds word je wel wettelijk beschermd. In deze cursus onderzoek je de grenzen van wat juridisch en deontologisch kan en niet kan.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan correct journalistiek handelen binnen de grenzen van de geldende afspraken van formele en informele regels.
    • De student kent de grondwettelijke vrijheden en de bij wet vastgelegde beperkingen en restricties. Hij weet waar de betrokken teksten kunnen worden geraadpleegd.
    • De student kent de deontologische afspraken die journalisten zichzelf opleggen.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    Geen
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

    Andere begincompetenties

    LEERINHOUDEN
    • De grondwettelijke vrijheden van meningsuiting en van pers en het recht op informatie
    • De bij wet vastgelegde beperkingen en restricties die het journalistieke handelen mee bepalen
    • Deontologische codes

    STUDIEMATERIAAL
    • De grondwettelijke vrijheden van meningsuiting en van pers en het recht op informatie
    • De bij wet vastgelegde beperkingen en restricties die het journalistieke handelen mee bepalen
    • Deontologische codes

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    24

     lesuren

      30,77

    practicum en oefeningen:

    0

     lesuren

      00,00

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    52

     klokuren

      66,67

    Verdere toelichting:
    Geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
     
    • Schriftelijke evaluatie
    • Openboekexamen waarin een aantal concrete situaties ter beoordeling worden voorgelegd
    • Fouten tegen werkwoordvormen worden gesanctioneerd (-0,5 punt) met een maximum van - 2 punten.


    tijd voor examinering
    uren
    2

    %
     
     02,56

    Tweede examenperiode
    • Schriftelijke evaluatie
    • Openboekexamen waarin een aantal concrete situaties ter beoordeling worden voorgelegd.
    • Fouten tegen werkwoordvormen worden gesanctioneerd (-0,5 punt) met een maximum van - 2 punten.

     

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Seminarie gedrukte media
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 3PV53
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 4
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 24
    Totaal studietijd: 104
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: niet mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Frateur Wouter


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    In het seminarie Gedrukte media maak je onder begeleiding van professionele journalisten kennis met de praktijk van kranten- en magazineredacties. Je schrijft stukken voor de media waarvoor de journalisten werken: mannenbladen, vrouwenbladen, kranten,... Je neemt straatinterviews af, je gaat op reportage, je werkt aan actua-stukken, enz.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO103 De student kan meertalig communiceren.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan teksten afleveren voor zeer specifieke doelgroepen en media.
    • De student kan een publiceerbaar product afleveren voor een krant
    • De student kan een publiceerbaar product afleveren voor diverse tijdschriften.
    • De student is op de hoogte van de actualiteit.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

    Volledig programmajaar 2 journalistiek.


    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen
    Andere begincompetenties
    Geen
    LEERINHOUDEN
    • De seminaries worden gegeven door gastlectoren. Dat zijn journalisten die dagelijks in de journalistieke praktijk staan.
    • Bij elk gastseminarie hoort een aantal opdrachten. Die krijg je van de gastlector.

    STUDIEMATERIAAL

    De verschillende media.


    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    6

     lesuren

      12,50

    practicum en oefeningen:

    18

     lesuren

      37,50

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    24

     klokuren

      50,00

    Verdere toelichting:
    Geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode

    Schrijfoefeningen en actuatraining gedurende het eerste semester!

    • Aanwezigheid is VERPLICHT! Wie driemaal ongewettigd afwezig is bij de procesbegeleiding (hoorcollege gastlectoren) krijgt een nul voor het gedeelte van die bepaalde gastlector.
    • Elke afwezigheid wordt gewettigd bij de gastlector en de toeziende lector. Je bezorgt Wouter Frateur een doktersbriefje, en een kopie ervan geef je aan de gastlector. Ook als je afwezig bent geweest, moet je je taken maken. 
    • Voor taken die niet of te laat worden afgegeven, krijgt de student een 0 op het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld.
    • Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Elke vaststelling van plagiaat wordt bestraft. (We volgen daarbij de procedure die beschreven staat in artikel 94 tem. 97 van het OER)

     


    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode

    Individuele schrijfopdrachten van de gastlectoren, in te dienen tegen het begin van de tweede zittijd. Opdrachten worden meegegeven met rapport van juni.

     

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Redactie 3: gedrukte media
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 00274
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 5
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 48
    Totaal studietijd: 130
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: niet mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Frateur Wouter


     

    KORTE OMSCHRIJVING

    Tijd voor het grote werk. Je gaat op zoek naar onderwerpen voor beklijvende reportages en diepgaande achtergrondartikels. Daartoe zal je steeds meer de deur uit moeten. Intussen blijf je werken aan een rijke taal door een kritische confrontatie met je eigen teksten.

    Je werkt bovendien met een kleine redactie aan een nummer voor een themamagazine: politiek, cultuur, wetenschap, sport, ...

    En als extra uitdaging versla je de VRT-Taaldag. Een keur aan journalisten, politici, acteurs, schrijvers, onderzoekers, ... gaan met elkaar in debat over taal, taalgebruik, taalevolutie. Jij maakt van alle interventies verslagen die op vrttaal.net, dé taalsite bij uitstek, verschijnen.


    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

    De student kan als een professioneel journalist functioneren: ideeën en invalshoeken voor teksten aanbrengen, verantwoordelijkheid voor eigen teksten opnemen (voorbereiding en productie), eindredactie op teksten uitvoeren. Die vaardigheden combineert hij om met een kleine redactie een themamagazine te maken.

    De student kan verschillende genres voor verschillende doelgroepen aan: reportage, achtergrondverhaal, interview.


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

    Het volledige programmajaar 2 JOU.


    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen.
    Andere begincompetenties
    Geen.
    LEERINHOUDEN

    Productie van reportages.

    Productie van achtergrondverhalen.

    Productie van nieuwsverslagen.

    Productie van opiniestukken.

    Uitwerking van een format voor een magazine.


    STUDIEMATERIAAL

    Teksten die de lector aanbrengt.

    L. Permentier. Stijlboek Voor wie helder wil schrijven. Roularta books, Roeselare, 2008.

    T. en M. Verleyen. Horen, zien en journalistiek schrijven.Wolters Plantyn, Mechelen, 2006.


    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    12

     lesuren

      09,23

    practicum en oefeningen:

    18

     lesuren

      13,85

    vormen van groepsleren:

    18

     lesuren

      13,85

    studietijd buiten contacturen:

    82

     klokuren

      63,08

    Verdere toelichting:
    Geen.

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode

    Permanente evaluatie: 100%. daarvan staat 50% op het magazine (25% op product en 25% op proces) en 50% op de andere opdrachten.

    Opmerkingen:

    Alle schrijfopdrachten worden op basis van volgende criteria geëvalueerd: correct taalgebruik, aantrekkelijkheid op het vlak van inhoud en redactionele aanpak (koppen, intro's, streamers, bijschriften, kaderstukjes, ...), voldoen aan de eisen van het journalistieke genre (reportage, achtergrondverhaal, nieuwsverslag).

    Van het magazine wordt bovendien de globale aanpak geëvalueerd: cover, inhoudstafel, 'ritme', onderwerpen en invalshoeken, fotografie, lay-out.

    Voor een werkstuk dat te laat, of niet, wordt afgegeven krijgt de student een 0 op het deelexamen. De scores van het deelexamen worden mathematisch opgeteld.

    Wie driemaal niet deelneemt aan redactievergaderingen voor het themamagazine, krijgt een 0 voor de product- én procesevaluatie van het magazine.

    Studenten moeten aan alle extra muros activiteiten in het kader van de opleiding deelnemen. Bij niet-deelname verliest de student een aantal punten van zijn totaalscore. De deliberatiecommissie bepaalt het aantal punten.

    Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 tot en met 97 van het OER)

    De bovenstaande 6 opmerkingen gelden ook voor de tweede examenperiode.

    Opgelet: voor een zware spelfout verlies je 3 van de 20 punten die je voor dat deelexamen kan behalen, zowel in de eerste als in de tweede examenperiode!


    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode

    Een opdracht die je op het studiebegeleidingsmoment met de lector afspreekt. Je zal een mini-themamagazine moeten maken: tekstredactie, fotoredactie en lay-out.

    !Opgelet: voor een zware spelfout verlies je 3 van de 20 punten die je voor dat deelexamen kan behalen, zowel in de eerste als in de tweede examenperiode!

     

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Seminarie televisie
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 3PV55
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 4
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 130
    Totaal studietijd: 104
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: niet mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Van Doninck Jo


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    In de televisieseminaries staan twee aspecten centraal: de beeldtaal en het journalistieke verhaal. Via concrete nieuwsopdrachten ervaar je de moeilijke combinatie tussen nieuwswaarde, beeld, tekst en geluid. De opdrachten worden onder begeleiding van een televisiejournalist besproken en geëvalueerd.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO103 De student kan meertalig communiceren.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan alle in de opleiding aangeleerde competenties toepassen.
    • De student kan zelfstandig journalistieke beeldverslagen aanmaken

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    • Dit opleidingsonderdeel kan enkel afgelegd worden indien de student alle vakken van semester 1,2,3 en 4 met succes gevolgd heeft.

    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen
    Andere begincompetenties
  • Het zoeken, vinden en selecteren van relevante bronnen en informanten
  • Samenwerken met anderen
  • Schriftelijke en mondelinge taalvaardigheid
  • Productietechnische basisvaardigheden (workshop audiovisuele media)

  • LEERINHOUDEN
    • Onder begeleiding van lectoren en van ervaringsdeskundigen (gastlectoren) worden in groepen van drie de verschillende vaardigheden van televisiejournalistiek in toepassing gebracht
    • journalistieke benadering en relevantie - Linda De Win 
    • journalistieke benadering en relevantie - Karl Leenkneght

     


    STUDIEMATERIAAL
    • Voorbeeldmateriaal gastlectoren
    • Toelichting en ervaring gastlectoren (eigen notities)

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    24

     lesuren

      17,91

    practicum en oefeningen:

    24

     lesuren

      17,91

    vormen van groepsleren:

    82

     lesuren

      61,19

    studietijd buiten contacturen:

    4

     klokuren

      02,99

    Verdere toelichting:
    Geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • Voor dit opleidingsonderdeel gelden de bijzondere evaluatieafspraken: aanwezigheid is verplicht en afwezigheid wordt gesanctioneerd. Wie driemaal afwezig is bij dit onderdeel, wordt uit dit onderdeel verwijderd en krijgt een nul op dit opleidingsonderdeel.
    • Na een tweede afwezigheid ontvangt de student in principe een waarschuwing, maar dit is geen noodzakelijke vormvereiste.
    • Een medisch attest ontslaat de student van geen enkele taak.   
    • Proces en productevaluatie
    • Seminarie televisie is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.


    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode

    Groepswerk is tijdens de vakantie onmogelijk; daarom wordt het voor de tweede examenperiode vervangen door een individuele opdracht. De evaluatie steunt uitsluitend op een beoordeling van het  product.

    Seminarie televisie is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Redactie 3: televisie
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 00275
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 5
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 25
    Totaal studietijd: 130
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: niet mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Van Doninck Jo


     

    KORTE OMSCHRIJVING

    Je verwoordt je onderwerp, aangepast aan het medium televisie en aangepast aan je doelgroep. In mooi gesproken Nederlands breng je een (achtergrond)reportage, interviews en een portret. Je leert hoe je tekst en je beelden één geheel vormen. Zoals in de andere keuzetrajecten, leer je een rijke én functionele taal hanteren. Heldere synthesevaardigheid, tegen de druk van de tijd, is een conditio sine qua non.

     


    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan onder een bepaalde tijdsdruk in zeer goed Nederlands vlotte, foutloze, goed gestructureerde journalistieke teksten te schrijven, waarin ook de selectie van de inhoud en de opbouw, invalshoek, toon en sfeer van het stuk perfect passen bij de doelgroep.
    • De student kan deze vaardigheden ook combineren met een functioneel inzicht in de visuele presentatie van zijn werkstuk: hij moet in enkele volledig afgewerkte TV-producties aantonen dat hij de relatie beeld-(inlees)tekst  gepast kan hanteren.
    • De student kan de filmcamera en de montage-apparatuur zo hanteren dat de basisvaardigheid gehaald wordt.

     


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    • Volledig programmajaar 2 JOU

    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen
    Andere begincompetenties
    • De student is bereid vaak naar journalistieke producten te kijken op televisie, met de bedoeling bij te leren over de inhoudelijke en vormelijke aspecten

    LEERINHOUDEN

      Verschillende journalistieke genres:  (achtergrond)reportage, portret:

    • Opfrissen van schrijfvaardigheid van nieuwsberichten-en verslagen voor teevee.
    • Intro's en leads van teeveeteksten.
    • Relatie intro en commentaarteksten voor teeveereportage en portret
    • Opbouw en taal van commentaartekst voor reportage voor teevee
    • Samenhang beeld en tekst voor reportages en portret voor teevee
    • basisprincipes van verhaalschema ( "scenario")
    • functionele keuze van beelden, beeldgrootte, camerabewegingen, camerastandpunten, geluid, quotes en montagevertelprincipes voor zover ze dus een onderdeel zijn van het redactionele verhaal en deze keuze ook technisch op behoorlijk niveau uitvoeren

    STUDIEMATERIAAL

    Verplichte lectuur:

    • Pelgrims P. Journalistieke Radio-en TV-teksten schrijven.Uitgeverij Lannoo, Tielt, 2005


     


    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    12

     lesuren

      07,27

    practicum en oefeningen:

    4

     lesuren

      02,42

    vormen van groepsleren:

    4

     lesuren

      02,42

    studietijd buiten contacturen:

    140

     klokuren

      84,85

    Verdere toelichting:

    Werkvormen:

    • Zie schema studiepunten en studietijd
    • De studenten besteden een groot deel van hun tijd aan het voorbereiden en maken van hun taken

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode

    Voor dit opleidingsonderdeel gelden de bijzondere evaluatieafspraken (cfr.brochure ‘Programma 3de jaar Journalistiek 2007-2008)

    • Journalistieke reportage +intro + beeld: 20p ( individueel of duo, afhankelijk van aantal studenten en/of beschikbare camera's)
    • Portret: (20p.x4=80p). (in groepje van twee)  of videoproduct "Technopolis", (groepje van zes) volgens afspraak
    • Journalistieke reportage (praktijkexamen): (20p. x4=80p.) (in groepje van twee)
    • Journalistieke achtergrondreportage (groepje van 3) (20p x4=80p) of videoproduct "Technopolis" (in groepje van zes, zie ook "portret")
    • het videoproduct "Technopolis" staat op 20px8=160p.
    • het totaalpunt is dus: 20p+80+80+80=260/13=20p.
    • Een taak zonder VOLLEDIG uitgeprinte versie wordt NIET aangenomen!
    • Als een taak niet  of te laat wordt afgegeven, of een student niet heeft meegewerkt aan een taak, mag de student die inhalen indien zijn afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest: een origineel voor het studentensecretariaat, de kopie voor de lector, en dat binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. Indien de student binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op dat deelexamen
    • Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft, volgens de procedure beschreven in de artikels 94 tot en met 97 van het OER.

    Redactie 3 televisie is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.


    tijd voor examinering
    uren
    5

    %
     
     03,03

    Tweede examenperiode

     

    • Elke taak met onvoldoende opnieuw maken. 
    • Punten voor een deelexamen waarvoor je tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode
    • Groepswerk is tijdens de vakantie onmogelijk; daarom zal het voor de tweede examenpriode vervangen worden door een individuele opdracht

      Redactie 3 televisie is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Seminarie radio
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 3PV56
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 4
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 24
    Totaal studietijd: 104
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: niet mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Vanderhaeghen Wilfried


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    In de radioseminaries proberen verschillende gastlectoren je de echte knepen van het vak radiomaken bij te brengen. Eén van de gastlectoren is Guy Poppe, ex-journalist / -redacteur van Radio 1. Zowel op het vlak van pre-productie, productie, techniek en montage mag je een aantal praktijkoefeningen doen die begeleid worden door Guy Poppe. De seminaries worden georganiseerd in relatief kleine groepen. Zo kan je vaak aan bod komen en is er tijd om elkaars interviews, reportages, … te beluisteren.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO103 De student kan meertalig communiceren.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan schrijven voor radio.
    • De student kan de doelgroep bepalen.
    • De student kan een nieuwsbericht maken.
    • De student kan een gemonteerd journalistiek eindproduct maken.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    volledig programmajaar 2jou
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    geen
    Andere begincompetenties
    geen
    LEERINHOUDEN
    • Schrijven van (korte) berichten voor radio.
    • Monteren van radiobijdragen op basis van interviews.

    STUDIEMATERIAAL
    • Voorbeeldmateriaal gastlector
    • Schrijftips VRT-radio
    • Stijlboek van De Standaard

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    12

     lesuren

      09,68

    practicum en oefeningen:

    12

     lesuren

      09,68

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    100

     klokuren

      80,65

    Verdere toelichting:
    geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • 25% permanente procesevaluatie
    • 75% productevaluatie individueel
    • Als de student afwezig is tijdens een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks, dan mag hij dat deelexamen inhalen indien zijn afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorgt hij aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken gastlector, en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. De student maakt zelf een afspraak  met de gastlector omtrent de wijze en het tijdstip waarop hij het deelexamen kan inhalen. Indien hij binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijgt hij geen punten op dat deelexamen.
    • Voor taken / werkstukken die gelden als deelexamens met duidelijke deadlines geldt: voor een taak / werkstuk dat niet, of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een 0 op het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld.
    • Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 tot en met 97 van het OER.)
    • Seminarie radio is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.


    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode
    • 100% individuele realisatie radioproduct
    • Procesbewaking is tijdens de vakantie onmogelijk. Daarom wordt het proces, ondanks het belang ervan, tijdens de tweede examenperiode niet beoordeeld.
    • Seminarie radio is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Redactie 3: radio
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 00276
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 5
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 48
    Totaal studietijd: 130
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: niet mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Vanderhaeghen Wilfried


     

    KORTE OMSCHRIJVING

    Wekelijks maak je een thema-uitzending rond actualiteit. Je verwoordt je onderwerp, aangepast aan het medium radio en aangepast aan je doelgroep. Je presenteert de uitzending, je brengt nieuws met quotes, je monteert informatieve reportages, je interviewt een deskundige in de studio en je eindigt de uitzending met een commentaarstuk. Dat alles natuurlijk in correct Nederlands. Zoals in de andere keuzetrajecten leer je een rijke én functionele taal hanteren. Heldere synthesevaardigheid, onder tijdsdruk, is een conditio sine qua non.

     


    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan schrijven voor radio.
    • De student kan researchen voor, uitschrijven van vragen en afnemen van een interview op verplaatsing voor een informatieve radioreportage met achtergrondgeluiden.
    • De student kan researchen voor, uitschrijven van een scenario voor en afnemen van een interview over actualiteit in de radiostudio.
    • De student kan researchen voor, uitschrijven en live brengen van de presentatie van een radioprogramma.
    • De student kan researchen voor, uitschrijven en inlezen van een commentaarstuk bij een radio-uitzending ivm actualiteit.
    • De student kan de doelgroep bepalen.
    • De student kan live een interview voor de radio afwerken.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    volledig progammajaar 2jou
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    geen
    Andere begincompetenties
    geen
    LEERINHOUDEN
    • Schrijven van teksten voor presentatie voor radio.
    • Afnemen van studio-interview op radio.
    • Schrijven van commentaarstuk voor radio.
    • Reportage: opbouw, uitwerking en montage.
    • Schrijven van intro (en outro)  voor reportage.
    • Maken van crossover-reportages in functie van een online-buurtkrant.

    STUDIEMATERIAAL
    • voorbeeldmateriaal lector
    • schrijftips VRT-radio
    • 'Journalistieke radio- en tv-teksten schrijven' van Patrick Pelgrims

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    6

     lesuren

      03,85

    practicum en oefeningen:

    18

     lesuren

      11,54

    vormen van groepsleren:

    24

     lesuren

      15,38

    studietijd buiten contacturen:

    108

     klokuren

      69,23

    Verdere toelichting:
    geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • 15% productevaluatie in groep.
    • 85% productevaluatie individueel.
    • Als de student afwezig is op een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks, dan mag hij dat deelexamen inhalen indien zijn afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorgt hij aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken lector, en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. Hij maakt zelf een afspraak met de lector omtrent de wijze en het tijdstip waarop hij het deelexamen kan inhalen. Indien hij binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijgt hij geen punten op dat deelexamen.
    • Voor taken / werkstukken die gelden als deelexamens met duidelijke deadlines geldt daarom: voor een taak / werkstuk dat niet, of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een 0 op het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld.
    • Als men uitspraken overneemt van een ander en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij de procedure die beschreven wordt in de artikels 94 tot en met 97 van het OER). 
    • Redactie 3 radio is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.


    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode
    • 100% individuele realisatie radioproduct.
    • Groepswerk is tijdens de vakantie onmogelijk; daarom vervalt de productevaluatie in groep.
    • Redactie 3 radio is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Productie gedrukte media
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 30170
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 20
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Frateur Wouter


     

    KORTE OMSCHRIJVING

    Binnen Productie Gedrukte media werk je mee aan een aantal interne en externe opdrachten: buurtkrant Den Triangel; Blanco, bedrijfsblad voor het departement Communicatie; FAKE, een themamagazine voor In Petto, een jongerenorganisatie; de onderwijsspecial van Knack... 

    Bovendien ga je de verschillende magazines (Triangel en Blanco) vormgeven. De relatie tussen tekst, beeld en lay-out wordt daarbij duidelijk aan de hand van gerichte oefeningen en regelmatige begeleiding.


    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO101 De student kan strategisch redeneren.
    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan op een redactie functioneren: hij kan binnen het gegeven van een omschreven doelgroep bestaande teksten redigeren én verbeteren op spelling, stijl, toon, sfeer, opbouw en inhoud, koppen, intro's, lay-out en fotokeuze. 
    • Als hoofdredacteur kan hij de koers van een blad uitzetten en bewaken, en leidinggeven aan een redactie.
    • De student kan werken en communiceren in groep.
    • De student krijgt oog voor het totaalconcept van een magazine en een krant.
    • De student kan omgaan met de juiste vakterminologie.
    • De student kan scannen.
    • De student kan digitale beelden maken van een evenement.
    • De student kan foto-opdrachten voor een krant/magazine maken.
    • De student kan stijlverschillen in bestaande opmaak analyseren en in Indesign reproduceren.
    • De student is in staat om beeld, tekst en typografie functioneel op elkaar af te stemmen.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

    Workshop gedrukte media.


    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen.
    Andere begincompetenties
    Geen.
    LEERINHOUDEN
    • Redactioneel bewerken van koppen en intro's.
    • Algemene stijl- en taaloefeningen.
    • Artikels redigeren voor specifieke doelgroepen: buurtbewoners (Den Triangel), studenten en personeel (bedrijfsblad), jongeren (FAKE), laatstejaars secundair en hun ouders (Knack),
    • Eindredactie van fotoredactie en lay-out.
    • Toepassingen van Indesign.

    STUDIEMATERIAAL

    Verplichte lectuur:

    • Permentier, L. (2004 of later; met nieuwe spelling!). Stijlboek. De Standaard. Roeselare: Roularta Books.
    • Cursus digitale fotografie.
    • Basiscursus Fotoshop.

    Aanbevolen lectuur:

    • MOMBAERTS en VOSSEN. Goed voor druk.
    • NEUMAN Johan. Het bronnenboek voor grafisch ontwerp. 

     


    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    5

     lesuren

      04,81

    practicum en oefeningen:

    15

     lesuren

      14,42

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    84

     klokuren

      80,77

    Verdere toelichting:
    • Studenten moeten alle hoofdstukken spelling, taalzorg en taalbeheersing van Het Stijlboek thuis grondig studeren.
    • Studenten moeten in Het Stijlboek de kenmerken van diverse journalistieke genres opfrissen.
    • Studenten worden verondersteld ettelijke uren te besteden aan observatie van lay-out van diverse kranten en bladen.
    • We werken voor Den Triangel met een kernredactie. Er zal dus een vaste hoofdredacteur, eindredacteur, fotoredacteur, webredacteur... aan de slag gaan. De hoofd- en de webredacteur overleggen met de hoofdredacteurs van Flash-tv en Radio Crap welke bijdragen die laatste zullen leveren. Een kernredactielid coördineert de contacten met de eerste- en tweedejaars. Elk redactielid levert ideeën en invalshoeken voor stukken (reportages, recensies, interviews, nieuwsberichten,...) en werkt die stukken uit. Uiteraard verliest het zijn doelgroep niet uit het oog.

    • Een vaste redactie werkt het eenmalige themamagazine FAKE inhoudelijk volledig uit. Voor het bedrijfsblad Blanco is er een vaste redactiegroep, die drie nummers maakt. Bovendien werken drie tot vier studenten mee aan de jaarlijkse 'Studentenspecial' van Knack. Studenten uit bijna alle opleidingen Journalistiek in Vlaanderen en uit een opleiding grafische vormgeving stellen een Knack-bijlage samen die potentiële eerstejaars en hun ouders moet informeren over alle aspecten van het student-zijn.

    • Alle studenten die niet tot de kernredactie van den Triangel of Blanco behoren, kunnen gevraagd worden als freelancer voor de twee bladen op te treden.


    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • Er is zowel product- als procesevaluatie. Collectief product (bedrijfsblad en krant) elk 60 p, waarvan 25 p voor totaal, 20 p lay-out en 15 p fotografie (5 foto's, waarvan minimum 2 close-ups). Individueel procespunt op 40 p. Totaal voor elk product: 100 p. Bij het toekennen van een score wordt rekening gehouden met de resultaten van peer-assessment. Voor andere opdrachten (freelance Triangel, Knack, Fake,...) krijgt de student een individuele score.

    • Wie driemaal afwezig is, krijgt 0/20 voor het opleidingsonderdeel. Onder 'afwezig zijn' wordt begrepen: niet op een redactievergadering zijn; geen foto's doorsturen voor maandag, 18.00 uur, in de deadlineweek; geen foto's hebben op het bespreekmoment met mevrouw Mermans; een foto in Den Triangel plaatsen die mevrouw Mermans niet heeft goedgekeurd.

    • Wie uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aangeeft dat het om een citaat gaat, pleegt een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 t/m 87 van het OER.) 

    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode

    Concrete afspraken met de betrokken lectoren op het studiebegeleidingsmoment in juni. Je zal een aantal pagina's van Den Triangel moeten maken: tekst- en fotoredactie, lay-out.

    Wie uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aangeeft dat het om een citaat gaat, pleegt een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 t/m 87 van het OER.) 

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Radiopraktijk
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 3PV41
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 25
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Vanderhaeghen Wilfried


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    Dit vak geeft je de beste praktijkervaring die er is: zelf een radio bemannen. De campusradio CRAP is volledig jouw verantwoordelijkheid. Je staat in voor muziekprogrammatie, woordbijdragen (nieuws, agenda, interview en voxpop), technische aanpak en organisatie van de radiostudio. Dat is geen lichte verantwoordelijkheid, als je weet dat er dagelijks studenten meeluisteren, op campus Meistraat én Kronenburg.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student kan woordprogramma's voor radio maken en brengen.
    • De student kan dagelijks nieuws brengen voor radio.
    • De student kan de radio-uitzending presenteren en samenstellen.
    • De student kan wekelijks een vox-pop en een studentenagenda samenstellen.
    • De student kan vanuit de radiostudio een telefonisch interview afnemen.

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    Workshop audiovisuele media 2jou
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    geen
    Andere begincompetenties
    geen
    LEERINHOUDEN
    • montage-software
    • hardware radiostudio
    • telefonisch interview
    • inleestechnieken
    • microgewenning
    • muziekprogrammatie 

    STUDIEMATERIAAL
    software PCDJ en montage-software Soundforge / Vegas
    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    5

     lesuren

      08,62

    practicum en oefeningen:

    20

     lesuren

      34,48

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    33

     klokuren

      56,90

    Verdere toelichting:
    geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • 15% productevaluatie in groepsverband.
    • 85% productevaluatie individueel.
    • Als de student afwezig is op een deelexamen georganiseerd buiten de examenreeks, dan mag hij dat deelexamen inhalen indien zijn afwezigheid tijdig gewettigd wordt door een medisch attest. Het originele attest bezorgt hij aan het studentensecretariaat, de kopie ervan aan de betrokken lector, en dit binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag. De student maakt zelf een afspraak met de lector omtrent de wijze en het tijdstip waarop hij het deelexamen kan inhalen. Indien hij binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijgt hij geen punten op dat deelexamen.
    • Voor taken / werkstukken die gelden als deelexamens met duidelijke deadlines geldt volgende regel: voor een taak / werkstuk dat niet, of te laat wordt afgegeven, krijgt de student een 0 op het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld.
    • Als men uitspraken letterlijk overneemt en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal doe plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 tot en met 97 van het OER.)

    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode
    • 100% individuele realisatie journalistiek radio-eindproduct.
    • Groepswerk is tijdens de vakantie onmogelijk; daarom vervalt de productevaluatie in groepsverband.

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - TV-training
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 3PV49
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 22
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Van Doninck Jo


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    Wie wil leren presenteren, krijgt hier een aantal aspecten van televisieproductie en van studiopresentatie mee.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO103 De student kan meertalig communiceren.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO206 De student kan teamgericht werken.
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student moet vlot  kunnen omgaan met belangrijkste microfoons
    • De student moet vlot kunnen omgaan met de camera, voor zover dat voor een camerajournalist in onze opleiding haalbaar is
    • De student moet snel en gepast kunnen  reageren bij onverwachte gebeurtenissen
    • De student moet steeds vlotter allerlei journalistieke genres kunnen maken (selectie, research, redactie, film en montage) over nieuws in de Plantijnhogeschool en over onderwerpen in de maatschappij die studereende jongeren van 18 t/m 24 jaar interesseren, voor het publiek van Campus Meistraat van de Plantijnhogeschool
    • De student moet vlot allerlei journalistieke genres kunnen maken (selectie, research, redactie, film en montage) over nieuws in de wijk, passend bij de wijkkrant Den Triangel voor een journalistiek videostuk op de website van Den Triangel
    • de student moet steeds vlotter de montage kunnen doen van binnengebrachte rushes uit JOUPRA 1 (televisie),  én nuttige commentaar kunnen geven aan de 1 JOU-studenten
    • De student moet goed kunnen omgaan met deadlines en stress
    • De student moet vrij vlot met montagegrammatica-en apparatuur kunnen omgaan
    • De student moet in standaardtaal vlot zijn commentaarteksten kunnen inlezen, met weinig storende dialectklanken

     


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    De student mag dit opleidingsonderdeel volgen als hij geslaagd is voor de workshop audiovisuele media
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen
    Andere begincompetenties
    Geen
    LEERINHOUDEN
    •  Productie  van  de campustelevisie "Flash": redactievergaderingen, nieuwsselectie, journalistieke genres rond Plantijn-en studentenwereld klaarmaken voor uitzending én achteraf bespreken

    STUDIEMATERIAAL
    • L. Permentier. Stijlboek. Roelarta, 2004 of later
    • P. Pelgrims. Journalistieke Radio-en TV-teksten schrijven. Uitgeverij Lannoo, Tielt, 2005.

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    3

     lesuren

      03,85

    practicum en oefeningen:

    19

     lesuren

      24,36

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    56

     klokuren

      71,79

    Verdere toelichting:
    Geen

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • permanente evaluatie op basis van inzet en resultaat van oefeningen:(peer assessment) plus of min drie punten op 20, afwijkend van globaal cijfer van lector
    • het globaal cijfer is gebaseerd op de evaluatie van journalistieke stukken gemaakt voor het weekmagazine FLASH of  DEN TRIANGEL en het montagebegeleidingswerk voor JOUPRA 1
    • Bij elke test wordt afgetekend voor ontvangst; afwezigheid bij testen moet gewettigd zijn met een medisch attest: het origineel bezorgt de student aan het studentensecretariaat, een kopie aan de lector, en dat binnen de vijf werkdagen vanaf de eerste ziektedag.  Dan kan de student een afspraak maken met de lector over het tijdstip en de wijze waarop hij de test kan inhalen. Indien de student binnen de gestelde termijn geen medisch attest voorlegt, is hij ongewettigd afwezig en krijg je geen punten op dat deelexamen
    • Als men uitspraken letterlijk overneemt van een ander, en daarbij niet aantoont dat het om een citaat gaat, pleegt men een vorm van intellectuele diefstal die plagiaat heet. Bij elke vaststelling wordt plagiaat bestraft, volgens de procedure beschreven in de artikels 94 tot en met 97 van het OER.
    • Voor taken/werkstukken die te laat worden afgegeven, krijgt de student een 0 op dat deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld

    tijd voor examinering
    uren
    0

    %
     
     00,00

    Tweede examenperiode
    • Twee Journalistieke reportages voor het Flash-teevee-journaal over een item voor de juiste doelgroep: research, redactie, filmen en montage mét intro 

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Camera en montage
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 00277
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 25
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Mermans Sandra


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    Je moet als televisiejournalist ook wel wat kaas gegeten hebben van de technische kant van het vak. Je kan daarin zo ver gaan als je zelf wil: van voorzichtige pogingen tot montage tot het werk van een enthousiaste videojournalist. Alleen oefening baart kunst: verwacht je dus maar aan heel wat praktijkopdrachten.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student vervolmaakt de opgedane kennis en vaardigheden van de vorige jaren in functie van het beroepsprofiel van de optie. 
    • De student kent de vakterminologie.
    • De student kan professionele cameratechnieken toepassen.
    • De student kan licht herkennen. Hij/zij weet hoe er mee om te gaan op cameratechnisch vlak. De student kan het licht manipuleren in studio.
    • De student is op de hoogte van de vormvereisten van het medium.
    • De student heeft oog voor de techniek en esthetiek van videobeeld en -montage.
    • De student kan verschillende montagevormen onderscheiden en toepassen.
    • De student kan monteren met Final Cut Pro.

     


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

    Workshop Audiovisuele media 


    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen
    Andere begincompetenties
    Geen
    LEERINHOUDEN
    Praktische toepassing van de opgesomde specifieke doelstellingen.
    STUDIEMATERIAAL

    Verplichte literatuur

    • 'Final Cut Studio 2HD en Express HD', Ulco Schuurmans, Van Duuren Media
    • cursus 'Camera & Montage', Blackboard
    • handleiding CANON XL1S, Blackboard
    • handleiding CANON XL2, Blackboard
    • handleiding SONY HDV, Blackboard

    Aanbevolen literatuur

    • 'Editing Techniques with Final Cut Pro', Michael Wohl, Peachpit Press
    • 'Advanced editing and finishing techniques in Final Cut Pro', DigitalFilm Tree, Peachpit

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    24

     lesuren

      28,92

    practicum en oefeningen:

     lesuren

      00,00

    vormen van groepsleren:

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    58

     klokuren

      69,88

    Verdere toelichting:

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • Permanente evaluatie tijdens de les. Aanwezigheid is verplicht tijdens elke les. Wie drie maal afwezig is tijdens de lessen of andere contacten krijgt een nul voor het gehele opleidingsonderdeel.Medische attesten gelden niet als verzachtende omstandigheid. Procesbeweking is onmogelijk tijdens de vakantie. Daarom wordt het proces, ondanks het belang ervan, tijdens de tweede examenperiode niet beoordeeld. 
    • Praktisch examen Camera & Final Cut Pro (70%). 
    • Productevaluatie via een camera en montage opdracht (30%).
    • De opdrachten worden zelf, eigenhandig én individueel gemaakt. Elke vaststelling van plagiaat wordt bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 tot en met 97 van het OER) 
    • Taken worden op tijd afgegeven en zijn volledig. Voor een taak/werkstuk dat niet, te laat, of slechts gedeeltelijk wordt afgegeven, krijgt de student een nul op het betreffende deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld. 

    tijd voor examinering
    uren
    1

    %
     
     01,20

    Tweede examenperiode
    • Praktisch examen Camera & Final Cut Pro. Bij meer dan drie afwezigheden komt daar het maken van een videoproject bij. 

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Fotografie
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 30015
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 25
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Mermans Sandra


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    Als beeldtaal je mateloos boeit en als de producten van fotojournalisten je echt raken, dan is dit keuzevak je op het lijf geschreven. Pak de fotocamera vast en vertaal de wereld in aangrijpende en opzienbarende foto’s!

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

    • JO102 De student kan creatief denken.
    • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
    Algemene beroepsgerichte competenties
    • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
    • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
    Beroepsspecifieke competenties
    • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
    • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
    • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
    • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
    • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
    • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
    • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
    • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
    • De student vervolmaakt de opgedane kennis en vaardigheden van de vorige jaren in functie van het beroepsprofiel van de optie.
    • De student kent de vakterminologie.
    • De student kan werken met een digitale reflexcamera.
    • De student heeft zicht op licht. Hij/zij kan werken met bestaand en kunstmatig licht.
    • De student kan een verslag uitbrengen over een bepaald onderwerp aan de hand van foto's.
    • De student kan fotograferen in de fotostudio.
    • De student kan eigen en bestaande foto's analyseren en selecteren op basis van ethiek, esthetiek en techniek. Dit in functie van een bepaald medium en een bepaalde doelgroep. 
    • De student heeft inzicht in de realisatie van fotoproducties voor uiteenlopende doeleinden. Weten wanneer en op welke professionals beroep te doen.
    • De student maakt verder kennis met Photoshop CS3.

     


    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
    Workshop gedrukte media
    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
    Geen
    Andere begincompetenties
    Geen
    LEERINHOUDEN
    Praktische toepassing van de opgesomde specifieke doelstellingen.
    STUDIEMATERIAAL
    Verplichte lectuur:
    • 'Presentatie mbt vakterminologie en -begrippen', Blackboard
    • Cursus 'Digitale fotografie', Blackboard  
    • 'Oefenbundel Photoshop 2FOTO', Blackboard
    • 'Oefenbundel Photoshop 3FOTO', Blackboard
    • 'Inleiding Fotografie' John Ingledew
    Aanbevolen literatuur:
    • 'Digitale fotografie en Beeldbewerking', Frans Barten, Focus Publishing
    • 'The Photoshop CS2 Book' Scott Kelby, New Riders
    • 'Photoshop CS2, Down Dirty Tricks', Scott Kelby, New Riders
    • 'Photoshop CS2, Killer Tips', Scott Kelby & Felix Nelson, New Riders

    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    24

     lesuren

      28,92

    practicum en oefeningen:

     lesuren

      00,00

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    58

     klokuren

      69,88

    Verdere toelichting:

    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • Permanente evaluatie tijdens de les. Aanwezigheid is verplicht tijdens elke les. Wie drie maal afwezig is tijdens de procesbegeleiding krijgt een nul voor het gehele opleidingsonderdeel. Medische attesten gelden niet als verzachtende omstandigheid. Procesbewaking is tijdens de vakantie onmogelijk Daarom wordt het proces, ondanks het belang ervan, tijdens de tweede examenperiode niet beoordeeld. 
    • Productevaluatie via 3 grote individuele foto-opdrachten
    • Procesevaluatie via 3 tussentijdse individuele foto-opdrachten
    • De opdrachten worden zelf, eigenhandig én individueel gemaakt.  Elke vaststelling van plagiaat wordt bestraft. (We volgen daarbij een procedure die beschreven staat in de artikels 94 tot en met 97 van het OER.)
    • Taken worden op tijd afgegeven en zijn volledig. Voor een taak/werkstuk dat niet, te laat, of slechts gedeeltelijk wordt afgegeven, krijgt de student een nul op het deelexamen. De scores van de deelexamens worden mathematisch opgeteld.

    tijd voor examinering
    uren
    1

    %
     
     01,20

    Tweede examenperiode
    • Bij een onvoldoende voor dit opleidingsonderdeel hermaakt de student alle fotografie opdrachten. Bij meer dan drie afwezigheden komt daar een extra theoretische test bij.

     

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Bedrijfsjournalistiek
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 3PV51
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: uitdiepend
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 32
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en):

    beschrijving nog niet beschikbaar

     

    3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Webjournalistiek/crossmedia
      

    O.O. heeft componenten: Neen
    Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
    Code: 30171
    Academiejaar: 2009-2010
    Type: keuze
    Niveau: gespecialiseerd
    Programmajaar: 3
    Periode binnen het modeltraject: Semester 1
    Aantal studiepunten: 3
    Wegingscoëfficient: 1
    Totaal aantal contacturen: 21
    Totaal studietijd: 78
    Deeltijds programma: deel 1 of 2
    Examencontract: niet mogelijk
    Deliberatie: mogelijk
    Vrijstelling of overdracht: mogelijk
    Onderwijstaal: Nederlands
    Lector(en): Goossens Tom


     

    KORTE OMSCHRIJVING
    De studenten maken kennis met diverse aspecten van online communicatie.  Naast een generiek deel bekijken we een aantal deelaspecten die relevant zijn voor e-commerce of webjournalistiek.

    COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
     Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

    Algemene competenties

      Algemene beroepsgerichte competenties
        Beroepsspecifieke competenties
        • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
        • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
        • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
        • De student kan een eenvoudige statische website ontwerpen, uitvoeren en beheren. En dit m.b.v. de programma's Dreamweaver en Photoshop.
        • De student heeft grondige en praktische kennis van CSS (Cascading Style Sheets).
        • De student kan een behoefte analyse maken voor een nieuwe of reeds bestaande website, en kan die behoefte analyse omzetten naar een goede site structuur met bijhorende navigatie en termen.
        • De student kan uitgebreide kennis van usability (gebruiksgemak) toepassen bij de analyse en het maken van een website.
        • De student heeft een basisinzicht in goed design.
        • De student kan een webproject van eender welke grootte sturen en begeleiden.


         


        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

        Workshop gedrukte media

        Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

        Andere begincompetenties
        Vlot met pc kunnen werken.
        LEERINHOUDEN
      • Usability: gebruiksgemak en navigatie.
      • Schrijven voor het web.
      • Photoshop: afbeeldingen webklaar maken.
      • CSS
      • HTML en Dreamweaver

      • STUDIEMATERIAAL

        Presentaties en documentatie


        WERKVORMEN
        Soort werkvorm uren  

        %

        hoor- en werkcolleges:

        10

         lesuren

          12,82

        practicum en oefeningen:

        10

         lesuren

          12,82

        vormen van groepsleren:

        1

         lesuren

          01,28

        studietijd buiten contacturen:

        57

         klokuren

          73,08

        Verdere toelichting:

        EVALUATIE

        Eerste examenperiode

        Creatie of update statische website, 10pt

        paper waarin creatieproces besproken en gemotiveerd wordt, 5pt

        Online teksten geoptimaliseerd om te lezen op scherm, 5pt


         


        tijd voor examinering
        uren
        0

        %
         
         00,00

        Tweede examenperiode

        Noodzakelijke anpassing aan statische website, 20pt

         

         

        3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Praxis 1: stageperiode
          

        O.O. heeft componenten: Neen
        Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
        Code: 30262
        Academiejaar: 2009-2010
        Type: kern
        Niveau: gespecialiseerd
        Programmajaar: 3
        Periode binnen het modeltraject: Semester 2
        Aantal studiepunten: 15
        Wegingscoëfficient: 5
        Totaal aantal contacturen: 0
        Totaal studietijd: 390
        Deeltijds programma: deel 1 of 2
        Examencontract: niet mogelijk
        Deliberatie: niet mogelijk
        Vrijstelling of overdracht: mogelijk
        Onderwijstaal: Nederlands
        Lector(en): Van de Venne Inge


         

        KORTE OMSCHRIJVING

        In het tweede semester van het derde jaar word je echt klaargestoomd voor de journalistieke wereld. Het semester wordt ingedeeld in twee perdiodes van elk acht weken. Tijdens één van deze periodes kies je voor ene interne of externe stage.

        Intern betekent dat je stage loopt op school voor Flash, Crap of Den Triangel.

        Extern kan je kiezen uit een brede waaier van kwaliteitsvolle stageplaatsen op zowel regionale als nationale redacties. Naturlijk krijg je een stageplaats in functie van je journalistieke specialisatie. Zo kunnen de radiostudenten o.a. terecht bij Radio 1, Studio brussel, Q-Music of O-Radio. De studenten gedrukte media kunnen terecht bij Gazet Van Antwerpen, Het Nieuwsblad, Knack, Feeling, Eos en vele andere periodieken. De tv-studenten kunnen hun eerste ervaring opdoen bij o.a. ATV, Eén, Ketnet of in één van de Vlaamse productiehuizen.


        COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
         Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

        Algemene competenties

        • JO101 De student kan strategisch redeneren.
        • JO102 De student kan creatief denken.
        • JO103 De student kan meertalig communiceren.
        • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
        • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
        Algemene beroepsgerichte competenties
        • JO206 De student kan teamgericht werken.
        • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
        • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
        Beroepsspecifieke competenties
        • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
        • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
        • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
        • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
        • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
        • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
        • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
        • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
        • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
        • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
        • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

        Stage intern & extern

        • Voor elke stageplaats worden er specifieke doelstellingen voor de student vooropgesteld.
        • Samen met de student worden de doelstellingen van de stage besproken en vastgelegd in het stageprogramma.
        • Tijdens het stage-evaluatiegesprek wordt met de bedrijfsmentor en de hogeschoolmentor overlopen of de vooropgestelde doelstellingen door de student gehaald werden.
        • De student kan efficiënt rapporteren.

        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

        Volledig programmajaar 2 JOU.


        Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
        geen
        Andere begincompetenties
        geen
        LEERINHOUDEN
        Stage intern/extern
        • De student leert tijdens de stageperiode zijn theoretische kennis om te zetten in de praktijk.


        STUDIEMATERIAAL
        • Stages: Handleiding bij de stages.

        WERKVORMEN
        Soort werkvorm uren  

        %

        hoor- en werkcolleges:

        0

         lesuren

          00,00

        practicum en oefeningen:

        0

         lesuren

          00,00

        vormen van groepsleren:

        0

         lesuren

          00,00

        studietijd buiten contacturen:

        390

         klokuren

          100,00

        Verdere toelichting:

        EVALUATIE

        Eerste examenperiode
        Stage:
        • De student wordt tijdens zijn stage geëvalueerd door de bedrijfsmentor en de hogeschoolment.
        • Zie bundel. Je krijgt dit bundel in papieren versie in de aanloop naar de stages. In digitale versie is hij beschikbaar op het intranet.
          • stageproces:
            • stageprocesbeoordeling hogeschoolmentor / 20 punten.
            • stageprocesbeoordeling bedrijfsmentor / 20 punten.
            • subtotaal op 40 punten , herleid naar 70 punten.
          • stagerapport: De voorwaarden waaraan het stagerapport moet voldoen, vind je in de stagebundel.
          • Beoordeling:
            • stagerapport hogeschoolmentor / 20 punten.
            • beoordeling stagerapport tweede lezer / 20 punten.
            • subtotaal op 40 punten, herleid naar 30 punten.
        • Totale beoordeling staat op 100 punten en wordt herleid naar 20 punten voor praxisperiode 1.
        • Praxisperiode 1 is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.


        tijd voor examinering
        uren
        0

        %
         
         00,00

        Tweede examenperiode
        • Stage: Het stageproces kan niet terug afgelegd worden in september. Het stagerapport kan wel herschreven worden tegen september.
        • Praxisperiode 1 is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

         

         

        3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Praxis 2: redactieperiode
          

        O.O. heeft componenten: Neen
        Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
        Code: 30263
        Academiejaar: 2009-2010
        Type: kern
        Niveau: gespecialiseerd
        Programmajaar: 3
        Periode binnen het modeltraject: Semester 2
        Aantal studiepunten: 15
        Wegingscoëfficient: 5
        Totaal aantal contacturen: 390
        Totaal studietijd: 390
        Deeltijds programma: deel 1 of 2
        Examencontract: niet mogelijk
        Deliberatie: niet mogelijk
        Vrijstelling of overdracht: mogelijk
        Onderwijstaal: Nederlands
        Lector(en): Van de Venne Inge


         

        KORTE OMSCHRIJVING
        We bouwen de lokalen om tot redactieruimtes met het nodige "equipment". Samen met je medestudenten word je ingedeeld in volledig autonome redacties. Jullie staan onder druk van deadlines. Van pre- tot postproductie zijn jullie verantwoordelijk voor radioreportages, televisiemagazines, kranten of tijdschriften. Met je redactieteam bewijs je dat je helemaal klaar bent voor het professionele leven. Daarom worden alle producten telkens geëvalueerd door een of meer vakspecialisten.

        COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
         Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

        Algemene competenties

        • JO101 De student kan strategisch redeneren.
        • JO102 De student kan creatief denken.
        • JO103 De student kan meertalig communiceren.
        • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
        • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
        Algemene beroepsgerichte competenties
        • JO206 De student kan teamgericht werken.
        • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
        • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
        Beroepsspecifieke competenties
        • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
        • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
        • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
        • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
        • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
        • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
        • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
        • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
        • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
        • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
        • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
        De student kan individueel en in team werken aan een journalistiek eindproduct.

        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

        Volledig programmajaar 2 JOU.


        Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
        geen
        Andere begincompetenties
        geen
        LEERINHOUDEN
        • Wat komt er allemaal kijken bij het maken van een 'goede' krant/ 'goed' tijdschrift.
        • Wat komt er allemaal kijken bij het maken van een goede televisiereportage en /of televisie-nieuwsitem.
        • Wat komt er allemaal kijken bij het maken van een goede radioreportage.
        • Het organiseren van redactievergaderingen.
        • Research.
        • Het schrijven van teksten .
        • Het selecteren van nieuws.
        • Het opmaken van bladen .
        • Het filmen van een item .
        • Het selecteren van beelden.
        • Het monteren van een goede reportage.
        • Het opnemen van klankmateriaal.
        • Het monteren van een goede radioreportage .

        STUDIEMATERIAAL
        • kranten.
        • tijdschriften.
        • radio.
        • televisie.
        • internet/nieuwsites .

        WERKVORMEN
        Soort werkvorm uren  

        %

        hoor- en werkcolleges:

        0

         lesuren

          00,00

        practicum en oefeningen:

        0

         lesuren

          00,00

        vormen van groepsleren:

        390

         lesuren

          100,00

        studietijd buiten contacturen:

         klokuren

          00,00

        Verdere toelichting:
        • Studenten werken in redacties en onder begeleiding van een lector/coach.
        • Maken van kranten tijdschriften.
        • Maken van televisiereportage/ nieuwitems voor het journaal.
        • Maken van radioreportages.
        • Feedback .

        EVALUATIE

        Eerste examenperiode

        Zie bundel. Je krijgt die bundel in papieren versie in bij aanvang van de redactieperiode.

        Permanente evaluatie + cijfer op de verschillende producten ( tussentijdse evaluaties).

        Praxisperiode 2 is een kernvak. Dat betekent dat een onvoldoende niet delibereerbaar is.

         


        tijd voor examinering
        uren
        0

        %
         
         00,00

        Tweede examenperiode
        Geen.

         

         

        3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - ZAP
          

        O.O. heeft componenten: Neen
        Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
        Code: 30264
        Academiejaar: 2009-2010
        Type: keuze
        Niveau: uitdiepend
        Programmajaar: 3
        Periode binnen het modeltraject: Semester 1
        Aantal studiepunten: 3
        Wegingscoëfficient: 1
        Totaal aantal contacturen: 78
        Totaal studietijd: 78
        Deeltijds programma: deel 1 of 2
        Examencontract: niet mogelijk
        Deliberatie: niet mogelijk
        Vrijstelling of overdracht: mogelijk
        Onderwijstaal: Nederlands
        Lector(en): de Boer Eefje
        Frateur Wouter
        Laheye Kristel
        Rombouts Veerle
        Sterk Martine
        Van de Venne Inge
        Van Doninck Jo
        Vanderhaeghen Wilfried
        Vissers Nadia


         

        KORTE OMSCHRIJVING

        Zelfstandig Aangemaakt Profiel.

        De studenten kunnen zich vanaf het tweede jaar profileren binnen een ZAP. Het gaat om 3 credits die studenten verdienen door te kiezen voor activiteiten in journalistiek en /of pedagogisch verantwoorde domeinen.

        Voorbeelden: - meewerken aan externe opdrachten, peer teaching en tutoring, zetelen in participatieraden, deelname aan journalistieke wedstrijden, instappen in internationale projecten,...

        Concreet: er zijn 3 credits te behalen gespreid over 4 semesters in 2 en 3 Journalistiek.3 credits staat voor 78 uren werk.

        Elke student werkt aan de credits vanaf de start van het academiejaar 2 Journalistiek, maar verdient ze pas in de eerste zittijd van 3 Journalistiek.

        Men moet de credits niet in één keer verdienen. Je kan het pakket opdelen in verschillende pakketten van 13 uren.

                          


        COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
         Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

        Algemene competenties

        • JO101 De student kan strategisch redeneren.
        • JO102 De student kan creatief denken.
        • JO103 De student kan meertalig communiceren.
        • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
        • JO105 De student is in staat enige vorm van leiding te geven.
        Algemene beroepsgerichte competenties
        • JO206 De student kan teamgericht werken.
        • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
        • JO208 In samenhang met de beroepspraktijk kan de student maatschappelijke verantwoordelijkheid opnemen.
        Beroepsspecifieke competenties
        • JO309 De student is taalvaardig op zowel mondeling als schriftelijk niveau.
        • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
        • JO311 De student heeft een ruime kijk op de wereld en kent de maatschappelijke ontwikkelingen.
        • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
        • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
        • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.
        • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
        • JO316 Reproductieve informatieverwerking en -verstrekking: registreren, selecteren, analyseren en synthetiseren van de voor zijn doelgroep relevante informatie. De student kan registreren met inzicht in informatie- en databestanden van voor de redactie relevante informatie, en vulgariserend met tekst- en beeldmateriaal omgaan.
        • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.
        • JO318 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor productie en productie-assistentie betekent dit: het kennen van de productie van gedrukte media, van televisie- en radioprogramma's en van on-line media en er actief aan meewerken.
        • JO319 De student kan volwaardige journalistieke producten maken volgens de inhoudelijke, redactionele en vormelijke eisen van het medium. Voor presentatie betekent dit: vertrouwd zijn met beeldtaal door inzicht in beeldcultuur: vlot communiceren voor micro en camera, vertrouwd zijn met radiotaal.
        • JO320 De student kan zelfstandig aan een journalistiek eindproduct werken.

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

        De studenten verwerken opdrachten binnen hun individuele interessesfeer.

        De studenten profileren zich met hun individuele keuze van opdracht(en).

        De studenten verwerven meer verantwoordelijkheid.

        De studenten vervullen authentieke opdrachten.

        De studenten worden de deur uitgestuurd.


        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
        Volledig programmajaar 1 Journalistiek.
        Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

        Geen.


        Andere begincompetenties

         

        Afhankelijk van de opdracht. Wordt verduidelijkt via de infofiches van de opdrachtgever/ coördinator.


        LEERINHOUDEN
        De leerinhouden zijn afhankelijk van de opdracht.
        STUDIEMATERIAAL
        Digitaal loket.

        Infofiches beschikbaar via internetserver.


        WERKVORMEN
        Soort werkvorm uren  

        %

        hoor- en werkcolleges:

         lesuren

          00,00

        practicum en oefeningen:

        78

         lesuren

          100,00

        vormen van groepsleren:

         lesuren

          00,00

        studietijd buiten contacturen:

         klokuren

          00,00

        Verdere toelichting:

        Meer informatie:

        - infomoment voor alle studenten

        - infobundel

        - infofiches opdrachten


        EVALUATIE

        Eerste examenperiode

        Digitaal portfolio bewijst of student 78 u ( eventueel opgedeeld in verschillende opdrachten van 13 u) geïnvesteerd heeft.

        Concrete afspraken i.v.m. eisen voor het portfolio staan in de infobundel.

         


        tijd voor examinering
        uren
        0

        %
         
         00,00

        Tweede examenperiode
        Als student géén 78 uren presteert, dient de tweede zittijd om het nodige aantal uren aan te vullen.

         

         

        3 Journalistiek - 3JOU - Onderdelen - Stemtraining
          

        O.O. heeft componenten: Neen
        Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
        Code: 30018
        Academiejaar: 2009-2010
        Type: keuze
        Niveau: uitdiepend
        Programmajaar: 3
        Periode binnen het modeltraject: Semester 1
        Aantal studiepunten: 3
        Wegingscoëfficient: 1
        Totaal aantal contacturen: 14
        Totaal studietijd: 78
        Deeltijds programma: deel 1 of 2
        Examencontract: niet mogelijk
        Deliberatie: mogelijk
        Vrijstelling of overdracht: mogelijk
        Onderwijstaal: Nederlands
        Lector(en): Laheye Kristel


         

        KORTE OMSCHRIJVING
        Hoe moet je je stem, een uiterst belangrijk instrument voor een journalist, mooi en juist gebruiken? Je leert heel wat technieken voor een correcte ademhaling, stemplaatsing, articulatie en intonatie. De intense oefeningen gebeuren in kleine groepjes.

        COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
         Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

        Algemene competenties

        • JO102 De student kan creatief denken.
        Algemene beroepsgerichte competenties
        • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
        Beroepsspecifieke competenties
        • JO313 De student kan kritisch nadenken over eigen en andere journalistieke producten en staat open voor voortdurende bijsturing.
        • JO314 De student kan samenwerken met anderen en toont voldoende verantwoordelijkheidszin en collegialiteit om een groepsproduct tot een goed einde te brengen.

        SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
        • De student kan elementaire uitspraakproblemen herkennen en vermijden.
        • De student werkt aan de verbetering van zijn/haar articulatie, intonatie, zinsaccent en ritmiek.
        • De student kent de basisprincipes van een correct adem- en stemgebruik.

        VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
        Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
        Volledig programmajaar 2 Journalistiek.
        Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
        Geen.
        Andere begincompetenties
        Geen.
        LEERINHOUDEN
        Begeleide oefeningen in stemtraining: articulatie, intonatie, e.a.
        STUDIEMATERIAAL

        Bernadette TIMMERMANS, Klink klaar 2.

        Kopies, geselecteerd door de lector uit oa. Eldar en Van Maele.


        WERKVORMEN
        Soort werkvorm uren  

        %

        hoor- en werkcolleges:

        1

         lesuren

          01,25

        practicum en oefeningen:

        12

         lesuren

          15,00

        vormen van groepsleren:

        0

         lesuren

          00,00

        studietijd buiten contacturen:

        66

         klokuren

          82,50

        Verdere toelichting:

        Na een inleidend hoorcollege volgen er oefeningen in kleine groepjes.

        De studenten werken thuis individueel verder aan opgelegde uitspraak- en stemoefeningen.

        De studenten krijgen telkens feedback op oefeningen in de les en op hun thuiswerk.

        Het aspect microvaardigheid wordt getraind in de radiostudio.


        EVALUATIE

        Eerste examenperiode
        • Permanente evaluatie van spreekoefeningen tijdens de les: 50%.
        • Tijdens januari-examens:
        1. test met voorbereide leestekst: 25%.
        2. test met onvoorbereide spreekoefening: 25%.

        Wie driemaal afwezig is tijdens de lessen, krijgt een 0 voor dit opleidingsonderdeel.

                       


        tijd voor examinering
        uren
        1

        %
         
         01,25

        Tweede examenperiode
        Individuele opdracht in samenspraak met de betrokken lector.