ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Journalistiek - 2JOU - Onderdelen - Research en CAR 2
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: JO:Journalistiek
Code: 20255
Academiejaar: 2009-2010
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: Semester 1-2
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 1
Totaal aantal contacturen: 36
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1 of 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Elsen Greet
Marain Frederik


 

KORTE OMSCHRIJVING

In dit vak leer je waar een journalist “de mosterd haalt”. We onderzoeken waar en hoe je informatie kan zoeken, wat je moet doen om niet te verdrinken in het overaanbod van informatie, welke verschillende soorten bronnen interessant zijn voor een journalist, hoe je het
internet kan gebruiken bij je research. Al die aspecten worden voortdurend getraind in praktijkoefeningen.

 


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JO104 De student kan informatie kritisch verwerven en verwerken.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JO207 De student kan oplossingsgericht werken.
Beroepsspecifieke competenties
  • JO310 De student is geïnteresseerd in nieuws en volgt en kent de actualiteit en recente ontwikkelingen aan de hand van de belangrijkste nieuwskanalen.
  • JO312 De student kan de journalistieke producten kaderen in het medialandschap in de ruime zin.
  • JO315 Research en informatieverzameling: zoeken, vinden en selecteren van relevante, geschreven en digitale bronnen en van relevante informanten. De student doet dat i.f.v. het journalistieke product en het medium, en desnoods onder tijdsdruk. Hiervoor beheerst hij o.m. interviewtechnieken.
  • JO317 De student kan anderstalige bronnen zoeken, raadplegen, analyseren en bewerken voor journalistieke doeleinden.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

1. De student kan nieuws zien en vinden  ( spontane research).
2. De student kan nieuws vinden voor een specifiek regionaal medium.
3. De student kan zoeken naar personen voor een interview.
4. De student kan relevante informatie vinden via de diverse informatiekanalen.
5. De student kan een interview grondig voorbereiden.
6. Digitale research: - het internet kritisch kunnen gebruiken voor het uitvoeren van informatieopdrachten     - een praktisch bruikbaar researchdossier kunnen opstellen.


VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

 

  • Research en Car1.

 


Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
Geen.
Andere begincompetenties
  1. Algemene kennis van het medialandschap.
  2. Basiskennis internet.

LEERINHOUDEN

 

  • Het journalistiek proces.
  • Nieuwsgaring.
  • Soorten bronnen.
  • Selecteren van informatie.

 

  • Google:
      • werking van search engines
      • andere search engines dan Google
      • geavanceerd zoeken
      • Google News
      • Google Desktop
      • Google Map
  • Persagentschappen:
      • raadplegen van Belga en andere persagentschappen via internet
  • Goede journalistieke research sites

 


STUDIEMATERIAAL

 aangeleverde teksten


WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

15

 lesuren

  17,86

practicum en oefeningen:

21

 lesuren

  25,00

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

48

 klokuren

  57,14

Verdere toelichting:
  • Hoorcollege.
  • Gastcollege.
  • Practicum.
  • Computerpracticum met instructie (digitale research).
  • Concrete toepassingen van dit opleidingsonderdeel maken deel uit van de workshops Gedrukte Media en AV.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Researchbundel opstellen: 10 punten. 
  • Digitale research:  oefeningen en actieve participatie : 10 punten.

tijd voor examinering
uren
0

%
 
 00,00

Tweede examenperiode
  • Researchbundel opstellen: 10 punten.
  • Digitale research: researchdossier.: 10 punten.
  • Punten voor een deelexamen waarvoor je tijdens de eerste examenperiode een voldoende behaalde, worden overgedragen naar de tweede examenperiode.